Graduele overgang versus catastrofaal begin van de Vroeg-Eocene superbroeikas

Ondanks 25 jaar intensief onderzoek blijft het raadselachtig wat de aanleiding gaf tot het Paleocene-Eocene thermal maximum (PETM): het smelten van clathraten, vulkanisme, magmatische intrusie in koolreservoirs, of zelfs een komeetinslag. De oostkust van de VS biedt unieke archieven van het PETM, met uitstekend bewaarde foraminiferen en andere organische resten. In dit project trachten we de complexiteit van stratigrafische sequenties te ontrafelen en de timing, wijze en snelheid van veranderingen in afzetting tijdens het laatste Paleoceen en het PETM af te bakenen. Het doel is om ondiepe ecosystemen op basis van foraminiferen distributies te reconstrueren en onderscheid te maken tussen geleidelijke veranderingen (bijv., zeeniveau, temperatuur) en een catastrofaal begin van het PETM. Het project zal ook de lange-termijn impact op de evolutie van ondiepe foraminiferen gemeenschappen tot aan het Early Eocene Climatic Optimum bestuderen.

Trefwoorden:Broeikasaarde, PETM, Paleoklimaat, Foraminiferen, New Jersey, Maryland, Delaware, Zeespiegelveranderingen, Hyperthermaal

Disciplines:Geologie, Atmosferische wetenschappen, Fysische geografie en omgevingsgeowetenschappen, Atmosferische wetenschappen, uitdagingen en vervuiling, Andere chemie, Geochemie, Andere biologische wetenschappen, Evolutiebiologie, Toegepaste wiskunde, Geofysica, Andere aardwetenschappen, Aquatische wetenschappen, uitdagingen en vervuiling, Geomatische ingenieurswetenschappen