< Terug naar vorige pagina

Project

From Flux to Frame. The Infrastructure Project as a Vehicle of Territorial Imagination and an Instrument of Urbanization in Belgium Since the Early 19th Century (Van Flux tot Frame: het infrastructuurproject als een vehikel van territoriale verbeelding en een

Het doctoraatsonderzoek bestudeert de manier waarop infrastructuurprojecten doorheen de geschiedenis de Belgische verstedelijking gestructureerd en vorm gegeven hebben. De analyse toont aan hoe het ontwerpproces van de infrastructuurprojecten het resultaat is van een complex samenspel tussen technische parameters, transporteconomische logica#s, militaire strategieën en de karakteristieken van het landschap. Anderzijds echter onthullen de case studies ook de onderliggende ruimtelijke ontwikkelingsmotieven van de infrastructuurontwerpen. Het onderzoek toont aan dat infrastructuur meerwas dan de commercieel-economische ruggengraat van het land en niet louter diende als een logistiek instrument om transport te faciliteren tussen een punt A en een punt B. Infrastructuur werd herhaaldelijk en bewust ingezet als een mechanisme om de groei van een stad te sturen, een regio te verenigen, en zelfs om een volledige provincie te koloniseren. De analyse schetst een rijk spectrum aan morfologische relaties tussen infrastructuur en verstedelijking waarbij het infrastructuurtraject en de knooppunten figureren als aanleidingen, katalysators, begrenzers, filters en containers van de correlerende ontwikkelingen.
Het corpus van het onderzoek bestaat uit drie casestudies: de Kempen, dekust en de Antwerpse stadsregio.
Doorheen de verstedelijkingsgeschiedenis werd het Kempense landschap drastisch hertekend door de kanaalinfrastructuur. Met de achterliggende bedoeling om deze regio voorgoed te koloniseren en om zo veel mogelijk woeste grond te ontginnen, werden de Kempense kanalen ontworpen als een netwerk dat zich wijd en fijnmazig vertakte tot in de verste uithoeken van de desolate streek. Nieuwe infrastructuurtechnologieën (onder de vorm van de Yzeren Ryn, de buurtspoorwegen, het Albertkanaal en de Koning Boudewijnsnelweg) zouden op hun beurt het kanaal ontdubbelen, aanpassen of zelfs uitbreiden. Meer nog, deze infrastructuurprojecten zouden de wijdverspreide figuur van de kanalen versterken maar ook herinterpreteren als een armatuur voor nieuwe verstedelijkingstypologieën.
Het vroeg negentiende eeuwse kustlandschap kan beschouwd worden als het resultaat van een voortdurend interactie tussen natuurlijke processen eninfrastructurele ingrepen. Bescherming, inkapseling en valorisatie van de kustgronden waren terugkerende handelingen in dit proces. De spoorwegen hadden onmiskenbaar een grote morfologische impact op de vierkuststeden die aangesloten werden op het treinnet: Oostende, Blankenberge, Nieuwpoort en Heist. Rond de eeuwwisseling zou echter het kustlandschap drastisch transformeren en heroriënteren, ondersteund dooreen regionaal ingenieursproject bestaande uit drie verweven, parallelle infrastructuursystemen: de kusttram, de Koninklijke baan en de zeewering. De implementatie van moderne wegen na de Tweede Wereldoorlog,gecombineerd met een drastische reorganisatie van het openbaar vervoer, zou resulteren in een quasi alomtegenwoordige hoge graad van bereikbaarheid, onmiddellijk vertaald in
nieuwe verblijfsvormen en verstedelijkingspatronen.
De stad Antwerpen groeit historisch als opeenvolgende strips gekaderd door verschillende infrastructuurtrajecten die parallel aan de Schelde lopen: de oude middeleeuwse stad tussen de Kaaien en de Spaanse vesten, de 19de eeuwse gordel tussen de Leien en de Brialmontomwalling en de 20ste eeuwse stad tussen de ring en de fortengordel. Bij het aanbreken van de 20ste eeuw wordt het inruilen van de Brialmontvesten voor een stadsboulevard beschouwd als de ultieme test voor de ontluikende discipline van de stedenbouw. Het zou echter tot de jaren #60 duren vooraleer deze militaire site herbestemd en bezet wordt door het meervoudige E3-project, bestaande uit een kleine ringweg, een ringspoorlijn, een rioolcollector en de Singelweg. Tegelijkertijd beweeshet ringlandschap een dankbare voedingsbodem te vormen voor nieuwe stedenbouwkundige typologieën. De sage van een Grote ring blijft tot op heden onbeslist.
Datum:10 jan 2008 →  22 dec 2011
Trefwoorden:Regional infrastructure
Disciplines:Stedelijk en regionaal ontwerp, ontwikkeling en planning
Project type:PhD project