< Terug naar vorige pagina

Publicatie

Artikel 15bis Begraafplaatsen en Lijkbezorging in Vlaams Gewest

Tijdschriftbijdrage - Tijdschriftartikel

15bis. Indien het overlijden plaats heeft in het Vlaamse Gewest, wordt, voor de begraving van een stoffelijk overschot, een kosteloze toestemming verleend door de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente waar het overlijden werd vastgesteld, of door de procureur des Konings van het arrondissement van de plaats waar zich ofwel de begraafplaats ofwel de hoofdverblijfplaats van de overledene bevindt, indien het overlijden heeft plaatsgehad in het buitenland. Voor de begraving van een stoffelijk overschot van een persoon die overleden is in het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest of het Waalse Gewest wordt met de toestemming tot begraving gelijkgesteld de machtiging die daartoe wordt verleend door de overheid die in dat gewest bevoegd is voor het verlenen van een toestemming tot begraving. [ § 1. Als het overlijden plaatsvindt in het Vlaamse Gewest, wordt voor de begraving van het stoffelijk overschot een kosteloze toestemming verleend door de ambtenaar van de burgerlijke stand, of door zijn gemachtigde beambten, van de gemeente waar het overlijden is vastgesteld op basis van een overlijdensattest. Als voor de begraving van een stoffelijk overschot van een persoon die overleden is in een gemeente van het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad, van het Franse taalgebied, of van het Duitse taalgebied een machtiging vereist is, wordt met de toestemming tot begraving gelijkgesteld de machtiging die daartoe wordt verleend door de overheid die in dat taalgebied bevoegd is voor het verlenen van een toestemming tot begraving. Als het overlijden plaatsvindt in het buitenland, wordt de toestemming, vermeld in het eerste lid, verleend door de procureur des Konings van het arrondissement van de plaats waar zich ofwel de begraafplaats ofwel de hoofdverblijfplaats van de overledene bevindt. § 2. Iedere aanvraag tot toestemming wordt ondertekend door degene die bevoegd is om in de lijkbezorging te voorzien of door zijn gemachtigde. De ambtenaar van de burgerlijke stand moet de toestemming weigeren als de overledene in een akte, die voldoet aan de voorwaarden inzake bekwaamheid en gesteld is in de vorm van de akten van uiterste wil, zijn voorkeur voor een andere wijze van lijkbezorging te kennen heeft gegeven, of als hij kennis heeft gekregen van het verzoek, vermeld in paragraaf 3. Die toestemming mag niet verleend worden voor een termijn van 24 uur verstreken is, die ingaat met de ontvangst van de aanvraag tot toestemming, behalve in de gevallen die door de politieverordeningen zijn bepaald. Als er tekenen of aanwijzingen zijn van een gewelddadige dood of andere omstandigheden die dat laten vermoeden, kan de toestemming tot begraving slechts worden verleend nadat de procureur des Konings heeft laten weten dat hij er zich niet tegen verzet. § 3. Iedere persoon die bij het verlenen of de weigering van de toestemming belang heeft, kan daartoe bij de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg een verzoek indienen.
Tijdschrift: Personen- en familierecht
ISSN: 1780-0285
Volume: 92
Pagina's: 231 - 249
Jaar van publicatie:2021
BOF-keylabel:ja
Toegankelijkheid:Closed