< Terug naar vorige pagina

Project

Verzameling van juridische literatuur en rechtspraak omtrent de subsidiariteitstoets.

Het subsidiariteitsbeginsel is een federaal principe dat een evenwicht zoekt in de spanning tussen autonomie en coherentie dat kenmerkend is voor gelaagde politieke systemen. Uitgangspunt is dat bevoegdheden op een zo laag mogelijk niveau worden uitgeoefend, tenzij het optreden op een hoger niveau meer voordelen zou opleveren. Op EU niveau wordt het subsidiariteitsbeginsel geconcretiseerd in art. 5(1) en (3) en in Protocol Nr. 2, met een politiek en een rechterlijk handhavingssysteem. Beide onderdelen zijn eerder zwak: slechts drie maal werd een oranje kaart getrokken die maar in een geval tot intrekking leidde, en tot op heden stelde het Hof van Justitie nog nooit een schending van het subsidiariteitsbeginsel vast. In het overkoepelende project wordt nagegaan hoe vanuit een rechtseconomische en juridische analyse de parlementen een betere subsidiariteitstoets kunnen uitoefenen op EU voorstellen. Dit deelproject behelst het juridische luik, waarin uit een analyse van de rechtspraak van het Hof van Justitie vuistregels worden afgeleid en een stappenplan wordt uitgetekend voor de subsidiariteitstoets.
Datum:1 feb 2018 →  31 mei 2018
Trefwoorden:EUROPEES GEMEENSCHAPSRECHT
Disciplines:Rechten, Andere rechten en juridische studies
Project type:Dienstverleningsproject