< Terug naar vorige pagina

Project

Identiteiten in conflict? Een studie naar de intersectie van homoseksualiteit, Islam en migratie in Vlaanderen en Brussel.

 

‘Unlocking the closet – same-sex desire among Muslim men and women in Belgium’ oftewel vrij vertaald als: ‘De kast op een kier – homoseksuele verlangens onder moslimmannen –en vrouwen in België’ focust op de relatie tussen holebiseksualiteit, transnationalisme en religie. De auteur werkt hiervoor samen met lesbische, biseksuele en homoseksuele mannen en vrouwen met een moslimachtergrond en focust op twee verschillende groepen: zowel seksuele migranten als personen van tweede en derde generatie. Het project maakte gebruik van verschillende onderzoeksmethoden. Etnografische en e-mailinterviews: 64 interviews met mensen uit de doelgroep, beleidsmakers, holebi –en transorganisaties en belangrijke figuren uit het veld. Gezien de gevoelige aard van het onderwerp was participerende observatie beperkt tot holebi –en transverenigingen en de HLBT-scene in Brussel, Antwerpen en Hasselt. Participantdagboeken: de participanten werd gevraagd een dagboek bij te houden waarin ze reflecteerden over religie en seksualiteit. Daarnaast waren ze vrij om toe te voegen wat ze wensten. Aangezien vrouwen vaak opvallend ondervertegenwoordigd zijn in holebi –en transgenderonderzoek, werd extra aandacht besteed om vrouwen te betrekken bij de studie. Als gevolg van deze inspanningen is 40% in de seksuele migrantengroep en 50% in de tweede –en derdegeneratiegroep vrouwelijk. De studie had een drievoudig opzet. Om ten eerste de heteronormativiteit van migratiestudies in vraag te stellen, toont de studie aan dat seksualiteit niet enkel migratieprocessen en de motivaties die mensen hebben om te migreren structureert, maar ook het proces van aankomst en transnationale relaties. Op deze manier stelde het onderzoek de manier in vraag waarop seksuele migratie vaak wordt gerepresenteerd als een beweging van onderdrukking naar vrijheid. In het land van aankomst bevinden seksuele migranten zich vaak in gereconstitueerde assymetrieën.

Ten tweede draagt de studie bij aan het groeiend onderzoek dat algemene opvattingen rond ‘homo-identiteit’ en ‘coming out’ oftewel ‘uit de kast komen’ in vraag stelt. Holebi, transgender en queer onderzoek heeft vaak de neiging om te focussen op blanke, mannelijke, homoseksuele, gegoede, stedelijke en seculiere burgers van een bepaalde natie-staat, omdat deze mensen het makkelijkst bereikbaar zijn voor onderzoekers. Nochtans houdt men hierdoor geen rekening met het bestaan van andere manieren waarop transgressieve seksualiteiten belichaamd en beleefd worden. Daarom gaat de auteur in tegen heersende noties die menselijke ervaring trachten te universaliseren en tot een essentie te herleiden door de relevantie van Westerse categorieën van seksualiteit en gender toe te passen op mensen elders in de wereld. Ten derde wordt religie vaak contradictorisch beschouwd met holebiseksualiteit, omdat religie het handelen van holebi’s en transgenders zou teniet doen. Daarnaast is de bestaande literatuur, ondanks de toegenomen interesse in religiositeit en spiritualiteit onder holebi’s en transgenders, grotendeels gebaseerd op de ervaringen van christenen. Een specifieke focus op de religieuze ervaringen en geloofspraktijken van holebi’s en transgenders blijft vooralsnog onderbelicht. Daarom focust deze studie op niet-heteronormatieve moslims, hun rituele gebruiken en geloofsopvattingen.

Het project stelt drie onderzoeksvragen centraal. Ten eerste vraagt de auteur hoe holebi’s met een moslimachtergrond in het dagelijks leven omgaan met stilte en onthulling rond seksualiteit, vooral binnen verwantschapsnetwerken, zowel in België als transnationaal. De auteur beargumenteert dat holebi’s met een moslimachtergrond navigeren tussen verschillende heteronormatieve en homonormatieve institutionele moraliteiten en publieke morele discours, waarvan sommigen een transnationaal karakter hebben. Daarom houdt het moment (of de reeks momenten) waarop men zich realiseert dat men zich (ook) aangetrokken voelt tot personen van hetzelfde geslacht een bijzonder heftige ‘moral breakdown’ of ethisch dilemma in.

Om tot een nieuw verstaan te komen van ‘de kast’ en ‘homo-identiteit’, toont de auteur aan dat veel participanten de kast op een kier doen en dan weer dicht. Op die manier benadrukken ze het belang van stilzwijgende kennis en stilte als een taal.

Met een focus op seksuele migranten met een moslimachtergrond vraagt de auteur welke non-lineaire, complexe en veelvuldige transformaties de seksuele subjectiviteiten, erotische praktijken en intieme levens van migranten ondergaan gedurende het proces van transnationale migratie. Hij beargumenteert dat de manier waarop een migrant toegang krijgt tot België een diepe inwerking heeft op de modaliteiten waarin diens seksuele subjectiviteit verandert, met nadruk op de rol van staatsorganisaties, ideologieën, normen en praktijken in dit proces. De moeilijkheiden die asielzoekers ervaren zijn een gevolg van een samenloop tussen enerzijds verschillen in culturele kaders en moraliteiten rond gender, seksualiteit en het idee van een persoon en anderzijds kruispuntdynamieken tussen klasse, gender, seksualiteit, ras en etniciteit.

Tenslotte bekijkt de auteur een dilemma waar niet enkel de participanten mee worstelden, maar dat vorige onderzoekers rond holebiseksualiteit en monotheïstische religies bezighield: hoe kan je holebi en moslim zijn? Het project gaat echter verder dan andere auteurs door na te gaan hoe het moreel zelf wordt opgevat. Een analyse van het moreel dilemma tussen religie en seksualiteit geeft aan welke inzichten we kunnen krijgen over de relatie tussen religie en seksualiteit. Hoewel sommige moslims bezig zijn met het vinden van een theologische manier om de afstand tussen geloof en seksualiteit te overbruggen, maken anderen zich hier minder zorgen over: ze zijn simpelweg moslim en holebi. De auteur besluit dat het beter is morele zelven op te vatten als contradictorisch, ambigu, ambivalent en gefragmenteerd in plaats van coherent, geordend en homogeen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Datum:1 okt 2009 →  30 sep 2015
Trefwoorden:Homosexuality, Islam, Migration
Disciplines:Antropologie
Project type:PhD project