Projecten
Effecten van ademspiertraining op symptomen van kortademigheid (dyspnoe) en posturale controle bij patienten met COPD. KU Leuven
Proprioceptieve stoornissen en het effect van proprioceptieve training bij personen met recidiverende aspecifieke lagerugpijn: van spierspoel tot sensorimotorische cortex. KU Leuven
Lagerugpijn (LRP) is een welgekend gezondheidsprobleem. Zo’n 84% van de wereldbevolking zal minstens één keer in zijn leven LRP ervaren. Wereldwijd is het de hoofdoorzaak van beperking en ziekteverzuim en in België leidt het tot een jaarlijkse kost van € 1.2 miljard. In het merendeel van de gevallen (90%) is LRP aspecifiek, aangezien er geen oorzaak voor de klachten gevonden kan worden. Hoewel klinische richtlijnen vermelden dat de prognose ...
De onderliggende mechanismen van de verstoorde balanscontrole en lagerugpijn in personen met respiratoire aandoeningen. KU Leuven
Motorische controletherapie voor haemodynamisch, structureel en activatie onderbouwde fenotypes bij personen met aspecifieke lagerugpijn. KU Leuven
Lagerugpijn (LRP) is zeer prevalent en treft meer dan 510 miljoen mensen wereldwijd. Bovendien is LRP de belangrijkste oorzaak van functionele beperking en draagt het bij tot aanzienlijke sociaaleconomische kosten. Bij de meeste mensen is LRP a-specifiek, wat betekent dat pathologie zoals trauma niet kan worden vastgesteld. Gepersonaliseerde gezondheidszorg is een grote uitdaging, aangezien de onderliggende mechanismen van LRP niet goed ...
Inzicht in de heterogeniteit van balanscontrole bij kinderen met een coördinatie-ontwikkelingsstoornis en de impact ervan op motorische prestaties: een synergetische aanpak op basis van hersenbeeldvorming, neuromechanica en functionele evaluaties. Universiteit Antwerpen
Communicatie als multi-tasking op middelbare en latere leeftijd KU Leuven
Biomechanical determinants and patterns associated to the pathophysiologscade of ankle arthropathy in children with haemophilia KU Leuven
Haemophilia is a een X chromosome-gerelateerd coagulatie probleem resulterend uit een congenitale deficiëntie of afwezigheid van factor VIII of factor IX. Patiënten met haemophilie verkeren in de onmogelijkheid om adequaat thrombine te genereren wat resulteert in abnormale bloeding. Ongeveer 80-90% van de episodes van bloedingen gebeuren in het musculoskeletale systeem, vooral in de grote synoviale gewrichten en spieren. Herhaalde ...