Titel Promotor Affiliaties "Korte inhoud" "Prevalentie van epilepsie en de mogelijke associatie ervan met Onchocerca volvulus en Mansonella perstans-infectie in het Adansi South District van Ghana: een pilotstudie." "Joseph Nelson Siewe Fodjo" "Instituut voor Globale Gezondheid (GHI)" "Epilepsie is een veelvoorkomende neurologische aandoening, die ongeveer 50 miljoen mensen wereldwijd treft, waarvan meer dan 80% in ontwikkelingslanden woont. Naast de perinatale, traumatische en metabole oorzaken van epilepsie, zijn epidemiologische verbanden vastgesteld tussen epilepsie en verschillende parasitaire infecties (malaria, neurocysticercose, onchocerciasis, mansonellose, enz.). Het specifieke type epilepsie veroorzaakt door O. volvulus (bekend als onchocerciasis-geassocieerde epilepsie of OAE) wordt gekenmerkt door plotselinge aanvallen bij eerder tevoren kinderen tussen de leeftijd van 3 en 18 jaar. De pathofysiologische mechanismen waardoor O. volvulus epilepsie kan veroorzaken, zijn echter nog steeds onduidelijk. Onlangs hebben we een virus ontdekt in de O. volvulus parasiet, genaamd OVRV1. OVRV1 is nauw verwant aan de familie van lyssavirussen (bijvoorbeeld het rabiësvirus) en zou betrokken kunnen zijn bij de pathogenese van OAE. Tot nu toe werden slechts weinig OAE gevallen gerapporteerd uit West-Afrika, aangezien de overdracht van O. volvulus in de meeste van zijn onchocerciasis-gebieden onder controle is. Er is echter een aanhoudende hyper-endemische hotspot geïdentificeerd in het Adansi South District van Ghana, met anekdotische meldingen van frequente epilepsie in dat gebied. In dit pilootproject streven we ernaar de prevalentie van epilepsie in dit hyper-endemische Ghanese gebied vast te stellen en te onderzoeken of OVRV1 een risicofactor vormt voor het ontwikkelen van OAE. Een andere filaria parasiet die zal worden onderzocht als potentiële risicofactor voor epilepsie is Mansonella perstans, die ook endemisch is in de studie gemeenschappen. Tot slot zullen we onderzoeken waarom onchocerciasis in dit gebied blijft bestaan, ondanks vele jaren van massale behandeling met ivermectine om de overdrachtscyclus te doorbreken. Om dit te bereiken, zullen we een huis-aan-huis onderzoekuitvoeren in de onderzoeksgebieden. Epilepsiegevallen zullen worden geïdentificeerd aan de hand van vragenlijsten en klinisch onderzoek door getrainde artsen. Alle dorpsbewoners zullen worden ondervraagd over hun inname van ivermectine en redenen voor eventuele weigering zullen worden gedocumenteerd. Kinderen van 5-9 jaar zullen worden getest op antilichamen tegen onchocerciasis met behulp van een snelle diagnose-test als maatstaf voor voortdurende O. volvulus-overdracht. Een leeftijd en seks afgestemde case-control studie zal alle personen met epilepsie en niet-epileptische controles inschrijven en op O. volvulus, M. perstans en OVRV1-infectie testen. Onze bevindingen zullen belangrijk zijn om geïnformeerde beslissingen te nemen voor interventies ter eliminatie van onchocerciasis en voor epilepsiepreventie/behandeling in de onderzoeksgebieden. Dit onderzoek belooft ook om het onderzoek naar de pathofysiologie van OAE en de ziektemechanismen van filaria parasieten aanzienlijk vooruit te helpen." "Beoordeling van polygene achtergrond om de associatie tussen kleine hartomvang en lage hartfitheid te verklaren (GEN@HEART)." "Guido CLAESSEN" "Cardio & orgaansystemen" "Normaal gesproken wordt ons hart sterker en werkt het beter als we regelmatig sporten. Maar in sommige gevallen blijft het hart van mensen klein en wordt het stijf, zelfs met lichaamsbeweging. In onze GEN@Heart studie proberen we onze genen te bestuderen om het antwoord op die vraag te vinden. Het doel is om twee groepen aan de extreme uiteinden van het fitnessniveau te vergelijken: (1) zeer getrainde atleten (uit onze Pro@Heart studie), die supersterke harten hebben, en (2) patiënten die risico lopen op hartfalen (uit onze PRIORITY studie). We kijken naar hun genen en controleren of er speciale genpatronen zijn die verband houden met hartgrootte en conditie. Ons doel is om te begrijpen waarom sommige mensen geboren zijn om atleten te worden, terwijl anderen worstelen met hartproblemen ondanks het sporten. Door hun genen te bestuderen hopen we antwoorden te vinden die kunnen helpen om iedereen gezond te houden en minder kans te geven op hartfalen." "Differentiële doorsnede meting van top quark-paar productie in associatie met een Z boson in proton-proton collisies aan 13.6 TeV in het CMS experiment tijdens de LHC Run 3-operatie." "Didar Dobur" "Vakgroep Fysica en Sterrenkunde" "Het standaardmodel (SM) is een theoretisch model van elementaire deeltjes en hun fundamentele interacties dat tot doel heeft de verschijnselen van de natuur op een fundamenteel niveau te begrijpen. Het SM is echter bekend als onvolledig omdat het geen verklaring biedt voor verschillende waargenomen verschijnselen in de deeltjesfysica. Het SM wordt over het algemeen beschouwd als een effectieve veldentheorie (EFT), een lage energie benadering van een meer fundamentele theorie voorbij het standaardmodel (BSM). Een gevestigd kader voor het onderzoeken van BSM fysica is dat van EFT interpretatie. De impact van EFT operatoren kan worden onderzocht met een verscheidenheid aan experimentele observabelen met een verhoogde gevoeligheid voor de productie van zeldzame top quark processen. De potentie om EFT parameters te beperken met een differentiële meting van top quark-paar productie in associatie met een Z-boson(ttZ) is in de literatuur in detail bestudeerd. Het toevoegen van observabelen op basis van gereconstrueerde top quark eigenschappen voor EFT parameters te beperken met behulp van een ttZ differentiële doorsnede is echter nog niet gedaan binnen de CMS-collaboration. Dit onderzoeksvoorstel heeft tot doel de eerste CMS differentiële doorsnede meting van ttZ productie te zijn die top quark gereconstrueerde eigenschappen omvat met behulp van 13,6 TeV proton-proton botsingsdata in het CMS-experiment tijdens de LHC Run 3-operatie, gevolgd door EFT parameter beperkingen te bepalen." "ALPAKA: de Associatie tussen de Leeromgeving thuis en Pre-Academische vaardigheden bij Kleuters met Autisme" "Petra Warreyn" "Vakgroep Experimenteel-Klinische en Gezondheidspsychologie" "Academische vaardigheden (AV) zijn onmisbaar in het dagelijkse leven, en sterk voorspellend voor latere welvaart en levenskwaliteit. Kinderen met autismespectrumstoornis (ASS) vertonen echter een zeer variabel en onvoorspelbaar beeld op het vlak van AV, vanaf de kleutertijd zichtbaar op het vlak van pre-academische vaardigheden (PAV). De leeromgeving thuis is bij andere groepen kinderen een belangrijke factor in de ontwikkeling van (P)AV, en hoewel die mogelijk nog belangrijker is voor kinderen met ASS, werd dit tot op heden nauwelijks onderzocht. Daarom bestuderen we in dit project de thuisomgeving van 140 kleuters (met en zonder ASS) in detail, via een multitrait-multimethod aanpak. We gaan hierbij na hoe de leeromgeving thuis eruit ziet bij kinderen met ASS, of er subgroepen zijn op het vlak van PAV, en in welke mate de thuisomgeving geassocieerd is met de PAV, rekening houdend met SES, autismekenmerken, taal en IQ. Dit alles wordt gekaderd binnen het Opportunity-Propensity model." "Intuïtief Eten: Een cross-sectionele studie naar de associatie tussen de mate van intuïtief eten, het voedingspatroon en het mentaal welbevinden van jongvolwassenen (18 – 24 jaar)." "Axelle Beuselinck" "Gezondheid en wetenschap" "PROBLEEMSCHETS Uit de Gezondheidsenquête van 2018 blijkt dat tot één derde van de 15-24 jarigen recent te kampen had met psychische problemen en dat ze te weinig fruit en groenten eten en te vaak gesuikerde dranken en snacks consumeren. Ernstige mentale gezondheidsproblemen verhogen het risico op (vermijdbare) fysieke gezondheidsproblemen, welke op hun beurt kunnen leiden tot vroegtijdige sterfte. Daarnaast wordt een laag mentaal welbevinden geassocieerd met (onder andere) sociale uitsluiting. Het aannemen van een gezond voedingspatroon is dan weer belangrijk om het risico op niet-overdraagbare aandoeningen (zoals hart- en vaatziekten en diabetes mellitus type 2) te verminderen. Er is dus nood aan acties gericht op het mentaal welbevinden en het voedingspatroon van jongvolwassenen. Intuïtief eten zou volgens de bedenkers Evelyn Tribole en Elyse Resch een oplossing kunnen bieden in het bevorderen van het mentaal welzijn en het voedingspatroon. Intuïtief eten betekent eten op basis van het honger- en verzadigingsgevoel door in verbinding te komen met interne lichaamssignalen, het interoceptief bewustzijn. In een eerder onderzoek werd reeds een literatuurstudie uitgevoerd over intuïtief eten en de link met het mentaal welbevinden en het voedingspatroon. Over deze link kan op basis van deze literatuurstudie nog geen consensus getrokken worden. Studies die een positieve associatie tussen intuïtief eten, de mentale gezondheid en verlaagde kans op gestoord eetgedrag aantonen, zijn voornamelijk uitgevoerd buiten Europa. De invloed van intuïtief eten op het voedingspatroon en het mentaal welbevinden bij Belgische jongvolwassenen is momenteel nog onderbelicht. Desondanks dit gegeven, blijkt dat het toepassen hiervan aan een opmars bezig is. Het aantal diëtisten dat een boek schreef rond intuïtief eten of zich op sociale media profileert als intuïtief eten coach neemt toe. In 2022 richtte zelfs de Vlaamse Beroepsvereniging Voor Diëtisten een commissie ‘Intuïtief eten’ op. Ook in de academische wereld merken we een toenemende interesse in intuïtief eten. Zo steeg in Pubmed het aantal publicaties over intuïtief eten van 7 in 2010 naar 85 in 2022. Een globaal beeld over de attitude en kennis van Belgische diëtisten en psychologen over intuïtief eten, dat verder gaat dan een analyse op sociale media, ontbreekt echter. Met dit onderzoeksproject willen we (1) de relatie tussen de mate van intuïtief eten, het voedingspatroon en mentaal welbevinden van Belgische 18 – 24 jarigen in kaart brengen en (2) de kennis en attitude van diëtisten en psychologen ten opzichte van intuïtief eten nagaan. Met de onderzoeksresultaten kunnen we het werkveld gericht informeren, zodat zij dit kunnen verwerken in de begeleiding van de PZON (Persoon met Zorg- en Ondersteuningsnood). ONDERZOEKSVRAGEN - Onderzoeksvraag 1 (OV1): Wat is de associatie tussen de mate van intuïtief eten (IE) en het voedingspatroon gemeten aan de hand van het SCO-VO-instrument bij jongvolwassenen (18 – 24 jaar) uit België? Welke factoren hebben een invloed op de associatie tussen de mate van intuïtief eten en het voedingspatroon? Volgende variabelen worden meegenomen in de analyse: socio-demografische factoren (zoals leeftijd, geslacht, beroep/opleiding, woonsituatie, etc), mate van stress, dieetverleden, al dan niet reeds in begeleiding geweest bij diëtist of psycholoog, algemeen welzijn, zelfbeeld, lichaamsbeeld, angst en depressie. - Onderzoeksvraag 2 (OV2): Wat is de associatie tussen de mate van IE en het mentaal welbevinden van jongvolwassenen (18 – 24 jaar) uit België? Welke factoren hebben een invloed op de associatie tussen de mate van intuïtief eten en het mentaal welbevinden? Volgende variabelen worden meegenomen in de analyse: socio-demografische factoren (zoals leeftijd, geslacht, beroep/opleiding, woonsituatie, etc), mate van stress, dieetverleden en al dan niet reeds in begeleiding geweest bij diëtist of psycholoog en het voedingspatroon. - Onderzoeksvraag 3 (OV3): Wat is de kennis en attitude over IE bij Vlaamse diëtisten uit de eerstelijnszorg? - Onderzoeksvraag 4 (OV4): Wat is de kennis en attitude over intuïtief eten bij Vlaamse psychologen uit de eerstelijnszorg? METHODOLOGIE OV1&2: Online bevraging bij jongvolwassenen die wordt verspreid via diverse kanalen en zal peilen naar het voedingspatroon, mentaal welbevinden en mate van intuïtief eten. SPSS (IBM – versie 28) wordt gebruikt voor de multifactoriële data-analyse (beschrijvende en inductieve statistiek). Volgende vragenlijsten worden gebruikt: • Voedingspatroon via SCO VO vragenlijst • Mate van intuïtief eten via de Tylka IES-2 schaal. • Mentaal welbevinden (algemeen welzijn, zelfbeeld, lichaamsbeeld, angst en depressie) via: BYI-2-nl, Body Appreciation scale en WHO vragenlijst OV3&4: Online bevraging bij diëtisten en psychologen in de eerstelijnszorg aan de hand van een vragenlijst. SPSS (IBM – versie 28) wordt gebruikt voor de data-analyse (beschrijvende en inductieve statistiek)." "Melasse-voorziening om de mutualistische associatie van de biologische bestrijdingsstof Oecophylla smaragdina wevermieren met honingdauwproducerende plaaginsecten in pomelo in Thailand te verstoren" "Jozef Vanden Broeck" "Dierenfysiologie en Neurobiologie, Kasetsart University" "Oecophylla smaragdina weaver ants are important biocontrol agents of fruit crops in Thailand but their mutualistic association with honeydew-producing insect pests can result in an ineffectual crop protection and cause economic harm to farmers. I will take an innovative, application-oriented, and interdisciplinary approach by disrupting the weaver ant-Hemiptera mutualism in Thailand with sugarcane molasses as honeydew and sugar alternative in pomelo (Citrus maxima) and eventually improve the yield of pomelos and of queen brood, a socioeconomically valued edible by-product of which its harvesting is compatible with weaver ant biocontrol. Specifically, I will evaluate the impact of molasses and sugar provisioning on 1) weaver ant presence in the trees; 2) abundance of honeydew-producing insect pests; 3) weaver ant tending of honeydew-producing insect pests; 4) abundance of the natural enemies of honeydew-producing insect pests; 5) plant damage by honeydew-producing insect pests; and 6) quantity, nutritional composition, and microbial load of pomelos and queen brood. I will apply the experimental treatments (i) molasses provisioning of weaver ants, (ii) 50% sugar solution provisioning of weaver ants, and (iii) no molasses/sugar provisioning of weaver ants (control), with appropriate replication and sample size during 23 months. KU Leuven and Kasetsart University experts will coach and advise me in relevant insect identification, plant damage symptoms, interpreting analytical results, project management, and will analyze nutrient composition and microbial load of pomelos and queen brood. I will be exposed to a corporate research environment through a secondment at the biocontrol company Biobest. I will promote the project on Twitter and YouTube and organize a field workshop targeted at agricultural researchers." "Associatie van perfusaat metaboloom gedurende normotherme nier perfusie met transplantatie succes." "Ina Jochmans" "Abdominale Transplantatie, Metabolomics Expertisecentrum (VIB-KU Leuven)" "Deze studie gaat hoe het metaboloom van een donor nier verandert gedurende normotherme nierperfusie en of deze verandering voorspellend zijn voor het succesvole resultaten na transplantatie." "Associatie van perfusaat metaboloom gedurende normotherme lever perfusie met transplantatie succes." "Ina Jochmans" "Abdominale Transplantatie, Metabolomics Expertisecentrum (VIB-KU Leuven)" "Deze studie gaat hoe het metaboloom van een donor lever verandert gedurende normotherme leverperfusie en of deze verandering voorspellend zijn voor het succesvole resultaten na transplantatie." "COFINANCIERING VAN GROTE REKENCAPACITEIT AAN DE UNIVERSITEIT GENT EN DE ASSOCIATIE UNIVERSITEIT GENT - Tier - 2" "Danny Schellemans" "Directie Informatie- en Communicatietechnologie" "geen abstract" "48e IAH (Internationale Associatie van Hydrogeologen) congres - IAH 2021 - Inspirerend Grondwater" "Marijke Huysmans" "Hydrologie en Waterbouwkunde" "De conferentie is het 48e IAH-congres. De IAH is de Internationale Vereniging van Hydrogeologen, een wetenschappelijke en educatieve liefdadigheidsorganisatie voor wetenschappers, ingenieurs, waterbeheerders en andere professionals die werkzaam zijn op het gebied van grondwater resourceplanning, beheer en bescherming. Opgericht in 1956, is het uitgegroeid tot een wereldwijd lidmaatschap van meer dan 4000 personen. Onze missie is om de begrip, verstandig gebruik en bescherming van grondwatervoorraden over de hele wereld. De jaarlijkse conferentie is bedoeld om onderzoekers, de industrie, regelgevers, contractanten, consultants, planners en watervoorzieningsbureaus van over de hele wereld om elkaar te ontmoeten en te delen kennis over grondwater. Naast wetenschappelijke sessies zijn hydrogeologische excursies aangeboden en nevenbijeenkomsten van IAH (inclusief de jaarlijkse Algemene Vergadering) en de verschillende netwerken en commissies zullen plaatsvinden in Brussel. Op deze manier heeft het 48e IAH-congres stimuleert wetenschappelijk debat over grondwater, stimuleert kennisverspreiding over grondwater en uitbreiding van formele en informele netwerken tussen grondwaterwetenschappers en vakmensen."