Titel Promotor Affiliaties "Korte inhoud" "Multimodale input & cognitie: Een experimentele studie naar het effect van tekst bij het simultaantolken" "Isabelle Robert" "Vertaalwetenschap, Tolkwetenschap en Interculturele Studies (TricS)" "Simultaantolken (Simultaneous Interpreting, SI) is mondelinge vertaling in realtime van een mondelinge toespraak van een spreker door een tolk, die gewoonlijk werkt vanuit een geluiddichte cabine in een vergaderzaal. SI vereist een complexe informatieverwerking, aangezien de tolk verschillende taken tegelijk moet uitvoeren (d.w.z. luisteren, verstaan en produceren van spraak). Tolken krijgen vaak vooraf een schriftelijke versie van de door de spreker te houden toespraak, een extra informatiebron die kan worden gebruikt bij de taakvoorbereiding, maar ook tijdens de toespraak. Deze laatste praktijk wordt ""SI with text"" of ""SIMTEXT"" genoemd. Hierbij is sprake van multimodale cognitieve verwerking, aangezien de tolk nu informatie ontvangt via verschillende kanalen, gelijktijdig auditief en visueel. Hoewel de beschikbaarheid van de tekst intuïtief een nuttige ondersteuning lijkt voor het volbrengen van de tolktaak, hebben eerdere experimenten met SIMTEXT aangetoond dat multimodale input de cognitieve informatieverwerking complexer maakt en als zodanig het potentiële faciliterende effect kan ondermijnen. Het bewijsmateriaal dat deze hypothese ondersteunt is echter niet overtuigend, aangezien slechts weinig studies zich met deze kwestie hebben beziggehouden en de toegepaste methodologie vaak onvoldoende ecologisch valide is als gevolg van artificiële experimentele omstandigheden, het gebruik van minder nauwkeurige instrumenten, subjectieve metingen of de exclusieve focus op slechts één inputvariabele. Wij stellen daarom voor om het effect van multimodale input op de cognitieve verwerking in SIMTEXT te onderzoeken door experimenten op te zetten met professionele simultaantolken die een SI- en een SIMTEXT-taak zullen uitvoeren in omstandigheden die dicht bij de werkelijkheid staan, d.w.z. in een tolkcabine en voorzien van eye-tracking brillen. Door het manipuleren van een combinatie van inputvariabelen met betrekking tot inhoud, vorm en uitvoering van de mondelinge toespraken in beide experimentele condities (SI en SIMTEXT), zal het faciliterende effect van tekst in SI worden onderzocht. De studie heeft een mixed-method design. Enerzijds worden kwantitatieve gegevens verzameld door middel van een mobiele eye tracking bril om het effect te meten van het gebruik van tekst op de cognitieve informatieverwerking en de allocatie van visuele aandacht. Anderzijds worden kwalitatieve gegevens verzameld door middel van retrospectieve online vragenlijsten met betrekking tot de waargenomen cognitieve belasting van de deelnemers. Naast het bestuderen van het effect van het gebruik van tekst op de informatieverwerking, zal ook gekeken worden naar het effect op het tolkproduct in de vorm van opnames van de tolktaken, die aan een kwalitatieve analyse zullen worden onderworpen. Door gebruik te maken van een combinatie van inputvariabelen en complementaire methodes willen we de cognitieve verwerking van multimodale informatiebronnen in SI vanuit een veel breder perspectief onderzoeken dan tot nu toe het geval is geweest in studies over dit onderwerp. Op die manier willen we nieuwe inzichten genereren in het onderzoek naar multimodaliteit en cognitie, die tevens van groot belang zullen zijn voor de praktijk en opleiding van simultaantolken." "Een experimentele studie naar de effecten van langdurige blootstelling aan kunstmatig licht tijdens de nacht op in het wild levende koolmezen (Parus major) en naar de effectiviteit van deeltijds verlichting als mitigerende strategie." "Thomas Raap" "Gedragsecologie & Ecofysiologie" "Kunstmatig licht tijdens de nacht (Engelse afkorting ALAN, artificial light at night), of licht vervuiling is een toenemend en wereldwijd probleem. Er is groeiende bezorgdheid dat door de verstoring van de natuurlijk licht cyclus, ALAN serieuze risico's kan vormen voor de natuur. Alhoewel laboratorium studies aangetoond hebben dat ALAN meerdere aspecten van diergedrag kan beïnvloeden zijn er slechts een beperkt aantal studies die experimenteel getest hebben hoe in het wild levende dieren beïnvloed worden door ALAN. Bovendien worden nieuwe verlichtingsstrategieën gebruikt omdat deze worden beschouwd als ecologisch vriendelijk. De effecten van ALAN zijn echter grotendeels niet onderzocht en er is nog minder bekend over mitigerende strategieën. Ik zal voor het eerst op een experimenteel manier de effecten van lange termijn blootstelling aan ALAN bestuderen bij volwassen vrijlevende koolmezen en hun jongen, een belangrijke modelsoort. Verder zal ik de effectiviteit kwantificeren van deeltijds verlichting (verlichting uit van middernacht tot 05:00) als potentiële mitigerende strategie. Bij volwassenen zal ik onderzoeken in welke mate langdurige blootstelling aan ALAN slaap verstoort en of dit het voederen van de jongen kan beïnvloeden. Tot slot zal ik de effecten van ALAN op de vroege ontwikkeling en het bedelgedrag van de koolmees jongen bestuderen. Aan het einde van dit project streef ik naar een beter begrip van de gedragsmatige gevolgen van blootstelling aan ALAN bij volwassenen en nog in de groei zijnde dieren alsook de effectiviteit van deeltijds verlichting als een mitigerende strategie." "De constructie van trend-robuuste en orthogonale experimentele ontwerpen voor de studie van responsoppervlakken met behulp van geheeltallige lineaire programmering" "Peter Goos" "Mechatronica, Biostatistiek en Sensoren (MeBioS)" "Om een competitief voordeel te verwerven dienen ondernemingen steeds sneller te innoveren. Het ontwikkelen van nieuwe producten is een kerntaak van innovatieve bedrijven en vereist het uitvoeren van tal van experimenten. Het onderzoeksdomein “Experimenteel Ontwerp” levert systematische plannen voor het bepalen van de instellingen van een optimaal product. In deze doctoraatsthesis ligt de klemtoon op response surface designs (RSDs), een belangrijke component van de response surface methodology, die in veel industriële ondernemingen gebruikt wordt. Meer bepaald vult deze doctoraatsthesis twee leemtes in de literatuur over RSDs. De eerste leemte die de thesis vult betreft factoriële experimenten waarbij de respons een trend vertoont. Tenzij wanneer de tests van een factorieel experiment in een gepaste volgorde uitgevoerd worden, zal de precisie van de schattingen van de factoreffecten (hoofdeffecten, interactie-effecten en kwadratische effecten) negatief beïnvloed worden door deze trend. Een gepaste volgorde van de tests wordt een trend-robuuste of trend-resistente volgorde genoemd. In de literatuur worden diverse methoden beschreven voor het bepalen van trend-robuuste of trend-resistente volgordes. Deze methoden zijn echter specifiek voor bepaalde experimentele ontwerpen. In deze doctoraatsthesis wordt een generieke, sequentiële methode voorgesteld. De methode steunt op geheeltallige programmering en kan gebruikt worden voor elk type van experimenteel ontwerp. Met behulp van de methode werden trend-robuuste volgordes gecreëerd voor standaard RSDs met 2—6 factoren.De tweede leemte die de thesis vult is de grote kloof tussen het aantal waarnemingen van standaard RSDs en dat van definitive screening designs. Definitive screening designs omvatten weinig waarnemingen maar leveren onvoldoende informatie ingeval een groot aantal onderzochte factoren belangrijk blijkt te zijn. Standaard RSDs leveren wel voldoende informatie, maar vereisen een excessief aantal waarnemingen indien veel factoren onderzocht moeten worden. Daarom wordt in deze doctoraatsthesis een nieuwe familie van RSDs gedefinieerd. Bij het gebruik van een RSD uit deze nieuwe familie is er geen verstrengeling tussen de hoofdeffecten van de factoren, enerzijds, en hun tweevoudige interacties en kwadratische effecten, anderzijds. We noemen de nieuwe experimentele ontwerpen MARS ontwerpen, waarbij MARS staat voor minimally aliased response surface designs of RSDs met minimale verstrengeling. Met behulp van geheeltallige programmering in combinatie met geavanceerde technieken voor de reductie van symmetrie werd een efficiënt enumeratie-algoritme opgesteld. Met dit algoritme, en dankzij de Open Science Grid, een uitgebreid network van computerinfrastructuur in de VS, werd een grote catalogus van nieuwe kostenefficiënte MARS ontwerpen met aantrekkelijke statistische eigenschappen gebouwd. Om deze catalogus op een gebruiksvriendelijke manier te exploreren, stelt deze doctoraatsthesis een prototype van een webgebaseerde software voor, die onderzoekers toelaat om gepaste experimentele ontwerpen te identificeren voor een brede waaier aan toepassingen." "Paul Haesaerts en Carlo Ludovico Ragghianti: Een comparatieve studie van experimentele kunstdocumentaires in België en Italië (1940-1965)" "Steven Jacobs" "Vakgroep Kunst-, Muziek- en Theaterwetenschappen" "Dit onderzoek concentreert zich op Europese kunstdocumentaires gemaakt in de jaren 1940, 1950 en vroege jaren 1960 project is gericht op het onderzoeken van twee van zijn sleutelfiguren, die beiden vooraanstaande kunsthistorici waren, critici, en filmmakers: Paul Haesaerts en Carlo Ludovico Ragghianti. Zowel Haesaerts als Ragghianti geprobeerd om de disciplines kunstgeschiedenis en kunstkritiek te vertalen in film, met behulp van verschillende filmische apparaten om de formele aspecten van kunstwerken te analyseren. Opvallend, ondanks hun belangrijke rol op het gebied van de naoorlogse kunstdocumentaire in Europa en hun grote impact op de ontwikkeling van de kunstdocumentaire als een onafhankelijk genre, de werken en geschriften van Haesaerts en Ragghianti zijn ondergewaardeerd. Als een vergelijkende studie van de kunstdocumentaires door Paul Haesaerts en Carlo Ludovico Ragghianti, dit onderzoeksproject heeft twee hoofdambities: (1) het onderzoekt hoe Haesaerts en Ragghianti, met hun begrippen ""cinéma critique"" en ""critofilm"" respectievelijk kunnen worden gesitueerd in de evolutie van de experimentele kunstdocumentaire, en (2) het heeft tot doel aan te tonen hoe beide wetenschappers filmmakers ontwikkelden nieuwe modellen van kunsthistorische wetenschap door gebruik te maken van cinema. Dit gegeven perspectief, dit project onderzoekt ook de bijdragen van Haesaerts en Ragghianti aan de ontwikkelingen van de kritische discipline van de kunstgeschiedenis en kunstgeschiedschrijving." "Gecombineerde ESP/fotokatalyse voor luchtzuivering in ondergrondse parkings: een studie gebaseerd op experimentele analyse en CFD modellering." "Siegfried Denys" "Duurzame Energie- en Lucht- en Watertechnologie (DuEL)" "Ondanks de dalende emissies van luchtvervuilende stoffen in Europa en Vlaanderen, zijn de advieswaarden van de WGO nog niet binnen bereik. Ondergrondse parkeergarages in het bijzonder bevorderen verhoogde concentraties van verkeersgerelateerde polluenten zoals fijn stof en NOx, aangezien deze accumuleren in het gebouw. Met name geventileerde garages fungeren als hotspots en hebben een grote impact op de plaatselijke luchtkwaliteit, vermits de polluenten actief naar buiten worden verplaatst. Om dit te verhelpen, moet de vervuilde lucht behandeld worden voordat deze het gebouw verlaat. In dit project wordt hiervoor een innovatieve luchtzuiveringstechnologie bestudeerd, die ESP en fotokatalyse combineert en zo fijn stof en NOx simultaan kan aanpakken. In een experimentele studie zal de verwijdering en afbraak van fijn stof en NOx door deze technologie getest worden onder de typische condities in een parkeergarage. Om het effect van het aantal en de exacte locatie van de geplaatste zuiveringstoestellen op de luchtkwaliteit aan de ventilatie-uitlaat te onderzoeken, worden twee bestaande garages aangewend als casestudy. Voor beide parkings wordt een CFD model voor luchtstroming en verspreiding van polluenten ontwikkeld, waarin virtueel de luchtzuiveringstechnologie wordt toegepast. Op deze manier kunnen verschillende configuraties getest worden. Bovendien zal de binnenluchtkwaliteit worden aangepakt door de beschikbare stuwkrachtventilatoren in de garages virtueel aan te sturen." "Numerieke en experimentele studie van verschillende nieuwe jet mengventilatie concepten ter verbetering van de ventilatie-efficiëntie" "Bert Blocken" "Bouwfysica en Duurzaam Bouwen" "Ventilatie speelt een belangrijke rol in het verwezenlijken van een kwalitatief goede binnenomgeving, met name door het voorzien in goede luchtkwaliteit of thermisch comfort, maar kan ook een hoger energieverbruik teweegbrengen. In vliegtuigcabines is ventilatie zeer essentieel door het beperkte volume van de ruimte en de hoge bezettingsgraad van passagiers. Veelal voert het luchtdistributiesysteem van de cabine verse (geconditioneerde) ventilatielucht toe boven de passagiersruimte (mengventilatie), vaak door middel van tegenoverstaande inlaten (toevoeropeningen) welke luchtstralen onder hoge impuls genereren om een goede menging tussen toevoer- en cabinelucht te bekomen. Echter, de prestatie van mengventilatie kan slechter zijn dan dat van andere (niet-conventionele) ventilatiemethodes, zelfs indien perfecte menging wordt bereikt, en deze kan sterk ongunstig beïnvloed worden door aanwezigheid van stagnatiezones of kortsluiting (“short-circuiting”), resulterend in een verhoging van het toevoerdebiet ter compensatie. Dit maakt onderzoek naar nieuwe mengventilatieconcepten noodzakelijk.De ventilatieprestatie is afhankelijk van de geïnduceerde complexe luchtstromen die het gehele stromingsveld opmaken, welke – in een configuratie met tegenoverstaande toevoerstralen – hoofdzakelijk aangedreven worden door deze toevoerstralen, maar tevens beïnvloed worden door overige factoren zoals obstructies (stoelen, passagiers), de specifieke geometrie van de cabine, bewegingen van passagiers en thermische effecten (afkomstig van passagiers, elektrische apparatuur). Het verbeteren van de ventilatieprestatie vraagt om gedetailleerde inzichten in deze luchtstromen en, meer in het bijzonder, een grondige analyse van de onderliggende fundamentele stromingscomponenten (zoals de toevoerstralen, hun interactie tot een samengestelde straal, recirculatie zones, etc.), wat tot nog toe voor tegenoverstaande stralen in een omsloten ruimte slechts zelden werd onderzocht.Dit proefschrift omvat een systematisch onderzoek waarin vijf doelen vooropgesteld worden: (1) ontwikkelen van een nieuwe experimentele opstelling bestaande uit een vereenvoudigd cabinemodel met tegenoverstaande toevoerstralen, waarin de fundamentele stromingscomponenten van isotherme mengventilatie in een vliegtuigcabine gerealiseerd worden, (2) meten en analyseren van het gehele stromingsveld en de afzonderlijke stromings­componenten, (3) voorzien van hoge resolutie meetdata ten behoeve van numerieke validatiestudies, (4) prestatie-analyse van verschillende numerieke simulatiemethodes in het voorspellen van het gehele stromingsveld en de afzonderlijke stromingscomponenten, (5) numerieke evaluatie van een tijdsperiodiek toevoerdebiet als nieuw concept voor een verbeterde ventilatie-efficiëntie (lucht menging/verversing en afvoer) in de cabine. De metingen zijn uitgevoerd met de particle image velocimetry (PIV) techniek en computational fluid dynamics (CFD) is toegepast voor de numerieke analyses.Het proefschrift is opgebouwd uit drie delen. Deel I behandelt de metingen in het vereenvoudigd – gereduceerd schaal, water gevuld, leeg en isotherm – cabinemodel. Zowel het gemiddeld als instantaan stromingsveld worden bestudeerd in twee configuraties van tegenoverstaande toevoerstralen, namelijk vlakke wandstralen (topinlaten) en vlakke vrije stralen (laterale inlaten). Verschillende toevoer Reynolds getallen binnen het transitionele regime zijn geëvalueerd en een specifieke karakterisering van de fundamentele stromingscomponenten is uitgevoerd. In deel II ligt de focus op het valideren van (unsteady) Reynolds-averaged Navier-Stokes (RANS) simulaties en large eddy simulations (LES) met verschillende turbulentiemodellen en subgrid-schaalmodellen, respectievelijk. Hiervoor zijn de gemeten snelheids- en turbulentiedata en ‑karakteristieken zoals beschreven in deel I gebruikt. LES toont de hoogste nauwkeurigheid. Tot slot, in deel III, gebaseerd op sub-configuratie validatie, wordt LES toegepast in een realistisch model van een vliegtuigcabine (met één gangpad) waarin mengventilatie met een tijdsperiodiek toevoerdebiet wordt vergeleken met het conventioneel ventileren met stationair toevoerdebiet. Twee tijdsperiodieke ventilatiestrategieën zijn getest en het potentieel om de ventilatie-efficiëntie te verbeteren is geïllustreerd." "Numerieke analyse en experimentele studie van de dynamica van de thermische processen bij elektrische en magnetische lokale hyperthermische kankertherapieën" "Luc Dupré" "Vakgroep Elektromechanica, Systeem- en Metaalengineering" "Thermotherapie is een techniek dat tumoren lokaal tracht op te warmen. Twee mogelijke therapieën worden bestudeerd en vergeleken: elektrische thermotherapie waarbij radiofrequente stromen geïnjecteerd worden met naalden; magnetische thermotherapie waarbij een extern aangelegd magnetisch veld magnetische nanodeeltjes opwarmt. Om deze technieken beter te verstaan en te verbeteren wordt een numerieke analyse en een experimentele studie uitgevoerd" "Experimentele en numerieke studie van de mechanische respons van grote glas facades onder invloed van explosiebelasting" "Wim Van Paepegem" "Vakgroep Toegepaste Materiaalwetenschappen" "Tegenwoordig worden heel wat nieuwe gebouwen ontworpen met een grote glasfacade, ook gebouwen die gevoelig zijn voor terroristische aanslagen (ambassades, NATO gebouwen, etc.). Deze gebouwen worden berekend op explosiebelasting, maar de ontwerpregels zijn veelal gebaseerd op vuistregels en grootschalige experimenten voor certificering.Het doel van dit onderzoeksproject is de studie van de mechanische respons van glasfacades onder explosiebelasting, en de ontwikkeling van een experimenteel en numeriek kader om de explosieweerstand van verschillende types glasfacades te beoordelen zonder de nood aan een groot aantal grootschalige testen." "Experimentele studie van atmosferische plasma's met vloeistofelektrode" "Christophe Leys" "Vakgroep Toegepaste Fysica" "Het onderzoek beoogt een experimentele studie die inzicht moet verschaffen in de plasmaeigenschappen en plasma-oppervlak-interacties in ontladingen met een vloeistofelektrode. OH-concentraties worden gemeten met lasergeïnduceerde fluorescentie (LIF). Optische emissiespectroscopie wordt ingezet om de elektronentemperatuur en -dichtheid te bepalen." "Theoretische en experimentele studie van vloeibaar-kristalcellen met micrometer-schaal variaties voor toepassingen met diffractieve optica" "Kristiaan Neyts" "Vakgroep Elektronica en Informatiesystemen" "Dit onderzoek levert een theoretische en experimentele studie van een lichtmodulator gebaseerd op vloeibare kristallen, waarbij de grootte van de beeldelementen de golflengte van het licht benadert. Hiervoor wordt het bestaande driedimensionale simulatiemodel voor molecuuloriëntatie uitgebreid en wordt de tweedimensionale Wide Angle Beam Propagation simulatietechniek uitgebreid naar drie dimensies om de complexe optische propagatie door het systeem te beschrijven."