Titel Promotor Affiliaties "Korte inhoud" "Een Nieuwe Agenda voor Hervorming van het Bancaire Systeem" "Helder De Schutter" "Centrum voor Politieke Filosofie en Ethiek (RIPPLE) (OE)" " De dramatische gebeurtenissen van de Financiële Crisis in 2007 en 2008 hebben geleid tot  de meest ambitieuze hervorming van het financiële systeem sinds het Bretton Woods Akkoord van 1946. Het voornaamste doel van deze hervormingen was om destructieve bankfaillissementen te voorkomen. Maar is het financiële systeem ook rechtvaardiger geworden? Dit project beschrijft de hervormingen van het bancaire systeem na de crisis vanuit het perspectief van rechtvaardigheid met als doel de toekomst van bankenwetgeving vorm te geven. Het project (i) beschrijft de hervormingen van na de crisis, waarbij het wijst op blinde vlekken met betrekking tot economisch gelijkheid, economische vrijheid en duurzaamheid. (ii) Het project draagt ook bij aan het opstellen van een nieuwe hervormingsagenda. Het eerste deel van het project onderzoekt het normatieve kader dat het uitgangspunt vormt voor de hervormingen door drie casestudies (i) hypotheken, securitizaties, en economische gelijkheid, (ii) MKBleningen en economische vrijheid, (iii) bancair risicomanagement en duurzaamheid. Het tweede deel van het project bestaat uit thematische studies die bouwen op de casestudies. De eerste twee thematische studies beschrijven het normatieve kader van de bancaire hervormingen en de blinde vlekken ervan. De derde thematische studie ontwikkelt een nieuw normatief kader dat deze tekorten oplost. Samen schetsen deze studies een nieuwe agenda voor hervorming van het bancaire systeem. " "Democratie, instituties en intergenerationele rechtvaardigheid" "Didier Caluwaerts" "Politieke Wetenschappen" "Democratieën hebben een ""verlangen naar de onmiddellijke"" (Thompson 2011, p.19), omdat zij moeilijkheden ondervinden bij het opstellen van beleid dat rekening houdt met de langetermijnbelangen van toekomstige generaties. Vanwege deze intergenerationele bias in beleidsvorming, worden democratieën als presentistisch beschouwd. Recente studies hebben echter aangetoond dat niet alle democratieën even presentistisch zijn. Dat wil zeggen: de temporele neiging ten gunste van huidige (of oudere) generaties ten koste van de toekomstige (of jongere) generaties lijkt niet alle democratieën in dezelfde mate te beïnvloeden (Vanhuysse 2013, 2014). Dit is logisch, want democratieën zijn er in vele soorten en maten, maar de vorige wetenschap heeft niet kunnen verduidelijken welke specifieke instituties de vooringenomenheid van de presentator verergeren of verlichten. De overkoepelende onderzoeksvraag van dit project is daarom het volgende: wat zijn de institutionele antecedenten van de huidige vooringenomenheid bij democratische beleidsvorming? Op basis van een sequentieel onderzoeksontwerp dat een groot-N vergelijkende analyse van presentaties in 29 landen combineert, en een klein-N kwalitatief onderzoek, zullen we argumenteren dat consensusdemocratieën minder waarschijnlijk een presentistische vooroordeel in beleidsvorming vertonen dan majoritaire democratieën." "Deliberatieve publieke betrokkenheid bij erfelijke menselijke genoombewerking: Zuid-Afrikaanse en Vlaamse jongvolwassenen" "Veerle Provoost" "Vakgroep Wijsbegeerte en Moraalwetenschap, University of KwaZulu-Natal" "Via de methode van 'virtual deliberative public engagement' kunnen we inzicht krijgen in de publieke opinie over zeer complexe zaken als genoomwijziging (modificatie van het geheel van erfelijke genetische informatie) bij de mens. In een eerdere studie in de Zuid-Afrikaanse context baseerden deelnemers in cultureel gemengde groepen die zich kritisch bogen over beleidsvragen rond dit onderwerp, hun argumenten op gedeelde waarden die zijn vastgelegd in de Zuid-Afrikaanse grondwet. Aangezien Zuid-Afrika echter cultureel, etnisch en religieus divers is, is het mogelijk dat wanneer mensen de kans krijgen om binnen hun culturele/religieuze groepen te beraadslagen, andere (meer cultureel of religieus verankerde) waarden worden gebruikt. Dit project zal nagaan hoe jongvolwassenen in twee afzonderlijke taalgroepen in Zuid-Afrika (Zulu en Afrikaans) en een Vlaamse groep denken over erfelijke genoombewerking en of zij daarbij waarden gebruiken die vergelijkbaar zijn of verschillende waarden die gelinkt zijn aan hun etnisch-culturele achtergrond. Voor Vlaanderen levert deze studie waardevolle eerste kennis op over de publieke opinie rond dit thema. Vlaanderen biedt ook een geschikt vergelijkingspunt voor de andere groepen omdat de culturele demografie van de landen sterk verschilt. De resultaten zullen op een cultuurgevoelige manier inzicht verschaffen in de publieke opinie, gesitueerd binnen een culturele context, en zullen zo van toepassing zijn op toekomstige beleidsvorming." "Herontwerpen van democratie: Hoe deliberatieve burgerpanels succesvol geïntegreerd (kunnen) worden in representatieve democratische systemen." "Jan BOON" "ArcK, Onderzoek naar Digitalisering, Diversiteit en Democratie" "Deliberatieve burgerpanels (DBPs) worden gezien als oplossing voor de problemen waar instituties van onze representatieve democratie mee worstelen. DBPs zijn echter ook gecontesteerd. Het debat over hun meerwaarde verloopt vaak gepolariseerd: vóór of tégen DBPs. Dit project draagt bij aan de ""systemische evolutie"" binnen de DBP-literatuur, die wil bestuderen hoe DBPs complementair en duurzaam kunnen worden geïntegreerd binnenin bestaande democratische systemen. Niettegenstaande de vaststelling dat DBPs vaak symbolisch en eenmalig worden ingezet, ontbreken we bestuurskundige (collaborative governance) kennis die uitermate geschikt is om bij te dragen aan het organisatievraagstuk van DBP-integratie. De gecombineerde expertise van de twee aanvragers in bestuurskunde en participatief ontwerpend onderzoek biedt een unieke bijdrage aan de wetenschappelijke studie van DBPs, die zich vooral heeft ontwikkeld binnen het domein van de politieke wetenschappen. Dit project heeft als doel om te beschrijven, verklaren en voor te schrijven hoe DBPs succesvol (kunnen) worden geïntegreerd in representatieve democratieën. In de eerste twee onderzoeksfases wordt de integratieve governance van 25-30 lokale DBPs in België in kaart gebracht, en het gepercipieerde succes van deze DBPs verklaard (via QCA-methodiek). In de derde fase worden de bevindingen toegepast en vertaald in een geïntegreerd governance model, tijdens een living lab met de stad Hasselt (via participatieve ontwerpmethodiek)." NEPBC "Samengevat is de missie van het project:""De ontwikkeling van toekomstbestendige beoordelingsmethodes voor de energieprestatie van gebouwen ter ondersteuning van de transitie naar een koolstofarme woningvoorraad, rekening houdend met de technosocio-economische impact op niveau van het individuele gebouw, het lokale netwerk en het gebouwenpark.""" "De impact van de beleidsuitkomsten en procedurale fairness op politiek vertrouwen." "Marc Hooghe" "Centrum voor Politicologie (OE)" "Politiek vertrouwen wordt beschouwd als één van de belangrijkste resources voor een democratisch politiek systeem. In het kader van dit onderzoeksmandaat worden de factoren die politiek vertrouwen beïnvloeden bestudeerd. Algemeen wordt aangenomen dat politiek vertrouwen sterk wordt beïnvloed door de geleverde prestaties van beleidsmakers en het politieke systeem in het algemeen. Zowel de beleidsuitkomsten, als de kwaliteit en eerlijkheid van het besluitvormingsproces kunnen politiek vertrouwen beïnvloeden. Sommige auteurs argumenteren zelfs dat de impact van het proces op politiek vertrouwen groter is dan de resultaten van het proces. Vooral ervaringen met directe of deliberatieve democratie worden verondersteld de perceptie van een eerlijk proces te vergroten en een positief effect te hebben op het politiek vertrouwen van de participanten. De redenering is dat wanneer burgers openheid ervaring in democratische besluitvormingsprocedures, dit zal leiden tot meer vertrouwen in het politiek systeem. Tijdens dit mandaat als postdoctoraal onderzoeker zal ik de effecten van beleidsuitkomsten en procedural fairness op politieke vertrouwen onderzoeken en vergelijken. In het bijzonder worden het effect van ervaringen met deliberatieve en directe democratie op politiek vertrouwen geanalyseerd." "Op leren-gebaseerde computationele strategieën voor plan-adaptatie in beeld-geleide radiotherapie." "Frederik Maes" "Laboratorium Experimentele Radiotherapie, Beeld- en Spraakverwerking (PSI)" "Radiotherapie (RT) is één van de belangrijkste modaliteiten voor het behandelen van kankerpatiënten. Het verhogen van de dosis toegediend aan het doelvolume (de tumor) verhoogt de waarschijnlijkheid van lokale tumoronderdrukking, maar verhoogt ook het risico op stralings-geïnduceerde schade aan de omliggende weefsels. RT is gebaseerd op een behandelingsplan dat opgesteld wordt op basis van een vooraf opgenomen CT scan van de patiënt door middel van een complexe en tijdrovende planningsprocedure. Gedurende de opeenvolgende behandelingsessies kunnen zich significante anatomische veranderingen voordoen, waardoor het originele behandelingsplan niet langer optimaal is. Zulke anatomische onzekerheden worden momenteel in rekening gebracht door het eigenlijke doelvolume uit te breiden met een zekere geometrische marge, wat onvermijdelijk een verhoging van de dosis in de normale weefsels impliceert. Er is dan ook een grote klinische noodzaak aan het ontwikkelen van effectieve strategieën voor optimale aanpassing van het behandelingsplan telkens wanneer relevante anatomische veranderingen zijn opgetreden, gebaseerd op beelden die in de behandelingssessie zelf worden opgenomen. Een grote uitdaging daarbij is dat dergelijke aanpassing dient te gebeuren on-line, met de patiënt op de behandelingstafel, wat sterke tijdsbeperkingen oplegd aan het adaptatie-protocol. In dit project zullen nieuwe strategieën voor adaptieve RT ontwikkeld worden door gebruik te maken van deep learning om de rijke informatie die beschikbaar is van gelijkaardige, voorafgaande gevallen te benutten, teneinde de vereiste adaptatie rechtstreeks te voorspellen uit de beelden op een statistische manier, zonder noodzaak voor een volledige conventionele herplanning.  " "Afbakening van effector-specifieke representaties in de motorische cortex en hun structurele/functionele connectiviteit." "Stephan Swinnen" "Onderzoeksgroep Bewegingscontrole & Neuroplasticiteit" "Ik zal de verbanden onderzoeken tussen bilaterale motorische controle en zowel functionele als structurele hersenmetingen. Dit biedt een uniek venster in het bestuderen van bimanuele motorische controle in relatie tot neuroplastische veranderingen als resultaat van langdurige vaardigheidstraining." "Evaluatie van de functie van LRP4 in de regulatie van de Wnt/B-catenine afhankelijke signalisatie en van de botvorming." "Wim Van Hul" "Medische genetica van obesitas en skeletaandoeningen (MGENOS)" "Osteoporose is een frequent voorkomende aandoening die wordt gekenmerkt door een verlaagde botdensiteit en een verhoogd fractuurrisico. Voorafgaande studies hebben reeds aangetoond dat de Wnt/β-catenin afhankelijke pathway, een belangrijke rol heeft in de regulatie van de botdensiteit. LRP4 is een transmembranair proteïne dat een belangrijke rol speelt in de regulatie van deze Wnt pathway. Bijgevolg is het doel van deze studie om de rol van LRP4 in de regulatie van de Wnt signalisatie en in de regulatie van de het botmetabolisme verder op te helderen. Deze kennis kan leiden tot nieuwe mogelijkheden in de ontwikkeling van geneesmiddelen voor osteoporose en andere botaandoeningen." "Maria in de marge: De constructie van een bevrijdingstheologische mariologie" "Ellen Van Stichel" "Onderzoekseenheid Theologische en Comparatieve Ethiek" "In de westerse theologische context is Maria een verdeeld figuur.  Voor christelijke conservatieven vertegenwoordigt zij traditionele vroomheid. Voor christelijke feministen bestendigt Maria genderongelijkheid en een patriarchale cultuur. Dit project stelt een alternatieve benadering van Maria voor via twee interventies. Ten eerste brengt het bevrijdingstheologieën waar Maria bij betrokken wordt in dialoog met Paus Franciscus' benadering van Maria, en dit binnen de bredere context van Franciscus’ inzet voor de “theologie van het volk” (la teología del pueblo).  Ten tweede wordt bekeken hoe gemeenschappen in de marge Maria aanwenden als bron van kracht temidden van onderdrukking en als middel tot bevrijding. Om deze tweede interventie te ontwikkelen, gebruik ik de methode van de theologische etnografie door originele gegevens op drie locaties te verzamelen: 1) Israël-Palestina (Maria, Onze-Lieve-Vrouw van Palestina); 2) Rwanda (Maria, Onze-Lieve-Vrouw van Kibeho) en 3) Verenigde Staten (Onze-Lieve-Vrouw van Guadeloupe bij de latino-migranten). Dit project breekt met zowel net onderzoek naar klassieke mariale vroomheid als de feministische kritiek, om een nieuw perspectief op Maria te ontwikkelen, met het oog op de constructie van een mariale bevrijdingstheologie geïnspireerd door bevrijdingstheologieën, Franciscus en deze gecontextualiseerde mariale praktijken uit de marge."