Titel Promotor Affiliaties "Korte inhoud" "Culturele en creatieve Ruimten en Steden" "Pascal Gielen" "Antwerps Onderzoeksinstituut voor de Kunsten (ARIA)" "Dit onderzoek focust op de relatie en mediatie tussen top-down bestuur en bottom-up culturele initiatieven vanuit een juridisch perspectief. De postdoc onderzoeker Maria Francesca De Tullio analyseert en ontwikkelt juridische regelgeving van/voor 'commoning' praktijken en van/voor regionale en stedelijke cultuuroverheden die volgens de principes van de commons hun beleid willen vormgeven." "Van het verleden naar de toekomst: Een hedendaagse reflectie op de temporele aspecten van soevereiniteit in de filosofie van Benjamin Constant" "Raf Geenens" "Centrum voor Politieke Filosofie en Ethiek (RIPPLE) (OE), Onderzoekseenheid Publiekrecht" "19e eeuwse Franse denker Benjamin Constant was uniek bewust van deze ""tijdelijkheid"". Ik zal daarom zijn werk gebruiken om te reflecteren over het verleden, heden en toekomstige aspecten van de soevereiniteit en ik zal het met hedendaagse kritiek confronteren." "Averechtse selectie en moral hazard in de kredietmarkt : het gebruik van zekerheden voor het tegengaan van kredietschaarste" "Matthias Edward Storme" "Instituut voor Handels- en Insolventierecht" "De kredietmarkt is geen gewone markt. In een gewone markt worden vraag en aanbod bij elkaar gebracht via mediatie door de prijs. In de kredietmarkt daarentegen, ligt de vraag veel hoger dan het aanbod: niet iedereen die een lening aanvraagt krijgt deze ook toegezegd. Men zou denken dat de prijs, de intrestvoet, in die omstandigheden gewoon zou stijgen, maar dat blijkt niet het geval te zijn, en krediet blijft schaars. Dit probleem van kredietschaarste is een gevolg van het zich voordoen van averechtse selectie en moral hazard, twee economische fenomenen die een markt kunnen doen instorten, indien ze niet ingedijkt worden. Om dit te voorkomen wordt het aanbod van krediet kunstmatig laag gehouden.Krediet is echter van levensbelang voor de economie. Daarom is het van belang instrumenten aan te reiken die ons ertoe in staat stellen om het kredietaanbod op te trekken, zonder dat de risico’s oncontroleerbaar toenemen, en zo de markt ten gronde richten. Dit proefschrift onderzoekt de functie die zakelijke zekerheden hierin kunnen spelen. Iedereen voelt intuïtief aan dat een schuldeiser onderpand vraagt voor een lening om zijn risico te beperken, en dat de schuldenaar daardoor gemakkelijker of goedkoper kan lenen. Er is echter een lange weg af te leggen tussen dit aanvoelen en het uittekenen van een bruikbaar, juridisch onderbouwd systeem van zakelijke zekerheidsrechten. De eerste stap in dit proces is het ontwikkelen van een gedegen begrip van de dynamieken van de kredietmarkt, van de processen van averechtse selectie en moral hazard die deze markt dreigen onderuit te halen, en van hoe zekerheden met deze processen interageren. Daarom wijdt dit proefschrift eerst uitgebreid aandacht aan de economische literatuur rond kredietschaarste, averechtse selectie en moral hazard, en de economische zekerhedentheorie. Hieruit wordt een normatief functioneel framework gedestilleerd, een kader dat in functionele termen bepaalt hoe een juridisch systeem van zekerheden eruit moet zien om kredietschaarste tegen te gaan op een duurzame wijze.Hierop volgt een juridisch framework, dat de lessen getrokken uit het economische kader scherpt stelt en vertaalt naar bruikbare principes voor juridische implementatie. Om deze omzetting te vergemakkelijken en verrijken, wordt hierbij uitgebreid gebruik gemaakt van het Amerikaans recht als toetssteen en klankbord. Het Amerikaanse recht ondergaat immers al decennia lang een sterke invloed vanuit rechtseconomische hoek, en is wat zekerheden op roerende zaken betreft een belangrijk voorbeeld geweest voor de huidige Belgische hervorming. In het juridisch framework wordt dan ook een uitgebreide rechtsvergelijkende studie gemaakt van het zakelijke zekerhedenrecht in België en de VS. De basisstructuur van deze vergelijking is functioneel opgevat om zoveel mogelijk de brug te slaan tussen het economische discours en de juridische realiteit. De combinatie van een gedegen theoretische onderbouw, en de vergelijking met een uitgebreid juridisch systeem dat reeds lang meegaat op een significante schaal, leidt tot een dieper begrip van het systeem van zekerheden, en direct inzetbare kennis bij het implementeren en toepassen van het zekerhedenrecht in België.De lezer vindt in dit proefschrift een diepgaande studie van wat er zich achter de schermen van de kredietverlening afspeelt, en verklaringen voor bepaalde van de minder voor de hand liggende fenomenen in deze markt. Daarnaast worden er zowel aanbevelingen voor beleidsmakers geformuleerd, als lessen getrokken voor de praktijk. " "Een conceptuele en fenomenologische diagnose van de utopische mentaliteit als een menselijke maar misleidende tendens. Een onderzoek naar de excessen en subtiele manifestaties van de utopische mentaliteit." "Stefan Rummens" "Centrum voor Politieke Filosofie en Ethiek (RIPPLE) (OE), Hoger Instituut voor Wijsbegeerte" "Net omdat utopische idealen onrealiseerbaar zijn, worden ze aanzien alsof ze geen reële gevolgen hebben. Dit is echter een verkeerd beeld. De doelstelling van dit project is de werkelijke natuur en gevolgen van de utopische mentaliteit aan te tonen. Wanneer we berusten op relevante beschrijvingen van de ethische fenomenen die we trachten te begrijpen, blijkt dat gewone (dagelijkse) moraliteit gebaseerd lijkt op het begaan zijn met waarden. Moraliteit beschermt in eerste instantie het waardevolle en is vooral en expliciet aanwezig wanneer het waardevolle bedreigd wordt. Omdat ons bestaan gekenmerkt wordt door tegenslagen en conflicten, proberen we de dingen te verbeteren en, bijgevolg, is een zekere perfectionistische attitude normaal. Deze aanvaardbare vorm van perfectionisme kan snel verstoord worden en utopisme ontstaat wanneer er een geloof is in algehele perfectie. Dit geloof is echter een illusie. De vernietiging van al onze imperfecties is de enige manier om dit ideaal te bereiken en dit impliceert net dat we heel wat dingen ondernemen die we normaliter als kwaad categoriseren. Dit betekent dat in de poging om onze menselijke conditie te overkomen, we het meest waardevolle verliezen: ons besef van waarden en onze morele gezindheid en de erkenning van onze menselijke conditie." "Recht in de gedaante van het Goede: een Aristoteliaans begrip van autoriteit van het recht." "Georgios Pavlakos" "Overheid en Recht" "Dit onderzoek vormt een poging de vraag te beantwoorden hoe de actieve burgers van een staat regels naleven wanneer deze regels hen van buitenaf opgelegd worden. Vanuit dit paradigma wordt gesteld dat om regels na te leven, actoren de onderliggende drijfveren moeten erkennen als bestanddelen van rechtsregels die het goede bevorderen. Daarom moet de autoriteit van het recht begrepen worden in een 'ethisch-politieke' zin. Zodoende benadrukken rechtsregels de primaireredenen voor handelen als het goede-bevorderend, en op die manier zijn burgers in staat zich actief in te laten met de fundamentele drijfveren van rechtsregels. Dit model van 'recht in de gedaante van het goede' is in overeenstemming met de idee dat recht een dienst verleent aan burgers en een verschil maakt in het praktisch dagelijkse leven." "Contextuele privacy en de proliferatie van location data." "Bart Preneel" "Afdeling ESAT - COSIC, Computerbeveiliging en Industriële Cryptografie" "Location privacy has come to the fore due to increasingly widespread practices that involve the storage and analysis of location data. Traffic monitoring, friend finding services, tracking and tracing of mobile communication devices, contextual or behavioural advertising, and location based services all thrive on capturing and mining location data. Location privacy has received much attention from both legal and technical experts. There is, however, a good deal of confusion as to how location privacy is understood, how it relates to notions like contextual privacy, anonymity, unlinkability, autonomy and control. Within the legal domain there is confusion about the difference between privacy and data protection, controversy about which data must be qualified as personal data and about the extent to which consent, purpose limitation and adequate feedback are at stake in particular situations. Within the technical domain we lack a grounded conceptual and methodological foundation for the design and analysis of location privacy technologies; existing solutions and evaluation methods are ad-hoc and can neither be assessed outside a narrow context, nor compared to each other. This project aims to provide a framework for lawyers and computer scientists to (1) negotiate a shared understanding of what is at stake and to (2) examine to what extent location privacy technologies can integrate the more ambiguous and dynamic nature of legal and ethical notions of contextual location privacy. Furthermore, we will develop original contributions to both law and computer science." "De publieke rol van kunst." "Georgios Pavlakos" "Overheid en Recht" "Kunst is een wezenlijke menselijke activiteit die de bescherming van de wet verdient. De meest hedendaagse grondwetten garanderen een bijzondere bescherming van kunstzinnige uitdrukking als een belangrijk grondwettelijk goed, en erkennen dus de sleutelrol van kunst in het ontplooien van individuen en gemeenschappen. Het project wil licht werpen op de rol van kunst in de publieke sfeer van een democratische polis en conclusies trekken over de bescherming die ze van de staat verdient. Hierbij worden de leden van de locale en internationale hedendaagse kunstgemeenschap gevraagd om de natuur van kunst te heronderhandelen en worden de leden van de rechtsgemeenschap en van het algemene publiek uitgenodigd om hun opvattingen te herzien over de beperkingen en de waarde van kunstzinnige uitdrukking binnen een democratische polis." "Verrijkt zonder oorzaak? Lessius en de erfenis van de zestiende-eeuwse moraalfilosofie in het contractenrecht." "Laurent Waelkens" "Onderzoekseenheid Romeins Recht en Rechtsgeschiedenis" "Centrale onderzoeksvraag - Invloed van de moraalfilosofie op het contractenrecht van de vroeg moderne scholastici.Methode - Bronnenstudie van de traktaken Deiustitia et iure. De Restitutionibus en De Contractibus, vooral van de Zuid-Nederlandse theoloog en jurist Leonardus Lessius (1554-1623)." "Meergelaagde politieke organisaties en de zoektocht naar het algemeen belang: een constitutioneel vraagstuk voor de Europese Polis." "Georgios Pavlakos" "Overheid en Recht" "De debatten over politieke eenheid in Europa komen neer op één basisvraag: 'Is er een concept van algemeen belang denkbaar voor de Europese polis?' Het project identificeert twee invalshoeken van waaruit de volgende vragen worden gesteld: (1) 'hoe zou een gemeenschappelijk concept van algemeen belang verschijnen vanuit het perspectief van één entiteit, zij het een gelaagde entiteit, als de Europese polis?' en (2) 'hoe zou het verschijnen vanuit het perspectief van de regio's, met regionale parlementen waaraan eveneens de taak is toevertrouwd om wetgeving te maken voor het algemeen belang op een subsidiair niveau van vertegenwoordiging?'. Beide vragen worden overkoepeld door een fundamenteel dilemma voor de democratie: waarom zou de wil van een meerderheid (op EU-niveau) op legitieme wijze een minderheid binden bij afwezigheid van een belang dat gemeenschappelijk kan worden geacht voor beide?" "De kruisbestuiving tussen de rechten van het kind en de mensenrechten op het domein van de economische, sociale en culturele rechten: naar een geïntegreerd conceptueel kader." "Wouter Vandenhole" "Recht en Ontwikkeling" "Kinderrechten zijn mensenrechten. Toch zijn kinderrechten en mensenrechten geëvolueerd tot twee aparte studiedomeinen. In dit project wordt onderzocht hoe de conceptuele analysekaders onderliggend aan de twee domeinen elkaar maximaal kunnen verrijken (kruisbestuiving), en hoe ze geïntegreerd kunnen worden in één enkel conceptueel kader. De aandacht gaat daarbij naar economische, sociale en culturele rechten."