< Terug naar vorige pagina

Project

Verbonden en autonoom: Culturele perspectieven op het zelf, acculturatie en aanpassing

Hoe worden cultureel gewaardeerde manieren van zijn en omgaan met anderen weerspiegeld in verschillende zelfconstructies in individualistische en collectivistische culturele contexten? Wat gebeurt er met de zelfconstructie van acculturerende personen met een collectivistische culturele achtergrond die ofwel migreren naar, ofwel opgroeien in, een individualistische culturele context? Zelfconstructies – hoe mensen zichzelf definiëren in relatie tot anderen – verschillen tussen culturen. Ik vat het zelf op als cultureel geïnformeerd en sociaal ingebed in specifieke relaties met anderen. Mijn proefschrift onderzoekt hoe mensen in verschillende culturele contexten en in een acculturatiecontext binding (affectieve nabijheid) en autonomie (zelfbeschikking) combineren in hun zelfconstructies. Binding en autonomie zijn complementaire menselijke motieven, maar collectivistische culturele contexten (Turkije) moedigen binding sterker aan en individualistische culturen (België) autonomie. Mijn onderzoek richt zich op het zelf in sociale relaties met moeders en leraars als belangrijke socialiserende actoren. Ik pas mijn benadering van cultuur en zelf ook toe in de context van migratie en acculturatie (Turkse en Marokkaanse minderheden in België). Mijn onderzoek gaat na hoe acculturerende personen binding en autonomie combineren in hun relaties met hun moeders en leraars die resp. de minderheids- en de meerderheidscultuur representeren. Samengevat worden drie grote onderzoeksdoelen beoogd: 1) onderscheiden zelf-constructies beschrijven over verschillende culturele en relationele contexten heen; 2) zelf-constructen in een acculturatiecontext onderzoeken; en 3) hun gevolgen voor psychologische aanpassing. Het proefschrift bestaat uit 6 studies die in 4 empirische hoofdstukken worden gepresenteerd (hoofdstukken 2 – 5). De hoofdstukken zijn geschreven als zelfstandige papers die worden voorafgegaan door een inleidend hoofdstuk en afgerond met een discussiehoofdstuk.

Om zelfconstructies in verschillende culturen en sociale relaties te onderscheiden (doel 1), vergelijken Studies 1 (hoofdstuk 1) en 2 (hoofdstuk 2) binding met autonomie in relatie tot moeders en leraars bij Turkse en Belgische studenten in Turkije en België resp. In hun relatie met hun moeder waren Turkse studenten niet minder autonoom dan Belgen. In Studie 2 (niet Studie 1) waren Turkse studenten meer dan Belgen verbonden met hun moeders en stond hun binding ook minder op gespannen voet met autonomie.

Om zelfconstructies van acculturerende personen te bestuderen (doel 2), bevragen Studies 3 (hoofdstuk 3), 4, 5 (hoofdstuk 4) en 6 (hoofdstuk 5) binding en autonomie bij culturele minderheden in België. In lijn met de verwachte cultuurverschillen, waren minderheden sterker verbonden en ook minder autonoom dan culturele meerderheidsleden in hun relaties met hun moeders en leraars. Bovendien waren hun zelfconstructies gevoelig voor individuele acculturatie voorkeuren en feitelijke acculturatie: wie meer belang hecht aan cultuurbehoud was meer verbonden; wie meer gericht is op cultuurcontact was meer autonoom; bovendien was er minder conflict tussen binding en autonomie voor wie beide culturen integreert. Ten slotte voorspelden Nederlandse taalvaardigheid en contact met de meerderheidscultuur op school meer en toenemende autonomie (maar niet minder binding).

Om verbanden met psychologische aanpassing te toetsen (doel 3), vergelijkt Studie 6 (hoofdstuk 5) binding en autonomie in relaties met leraars bij minderheids- en meerderheidsleerlingen. Binding was positief voor de studiemotivatie en -prestaties van alle leerlingen maar autonomie was alleen positief voor prestaties van meerderheidsleerlingen. Voor minderheidsleerlingen was autonomie wel positief indien zij ook een sterke binding hadden.

Mijn onderzoek werpt nieuw licht op cultuurverschil en acculturatie vanuit het samenspel van binding en autonomie in cultureel en sociaal gesitueerde zelfconstructies. 

Datum:14 jan 2011 →  6 okt 2016
Trefwoorden:Relational contexts, Acculturation, Self-construals, Cultural psychology, School adjustment, Minority students, Autonomy, Relatedness
Disciplines:Biologische en fysiologische psychologie, Algemene psychologie, Andere psychologie en cognitieve wetenschappen
Project type:PhD project