< Terug naar vorige pagina

Project

Sacrale macht en de sacrificiële straf. Het offer als politiek-theologisch paradigma voor de geschiedenis van het strafrecht

Het offer, zo stelt dit interdisciplinair onderzoek, biedt een fascinerend hermeneutisch paradigma om nieuw licht te werpen op de geschiedenis van het stafrecht en de politiek vanaf de latere middeleeuwen tot aan de val van het ancien régime. Door sacrificiële patronen bloot te leggen in de Westerse politieke theologie, kan de sacrificiële lectuur van de strafrechtsgeschiedenis die ik voorstel tevens contextueel worden ingebed. Bovenal vormt René Girard mijn belangrijkste inspiratiebron in dit project.

Om sacrificiële patronen in de Europese geschiedenis te herkennen, is een overzicht van de antropologie van het offer een condicio sine qua non (Girard, Burkert, Laum, Maccoby, Valeri,…). Om erachter te komen hoe het offer en de straf genealogisch aan elkaar verwant zijn, welke structurele analogieën ze delen en welke principes kunnen worden gededuceerd om de sacrificiële dimensie in het strafrecht te traceren, wordt de antropologie van het offer in stelling gebracht om gevestigde rechtstheoretische kaders te interpreteren (Verdier, Tricaud, Durkheim, Robert, McBride, Kahan, Miller, Schmitt, Esposito…).

Aangezien de straf steeds een manifestatie van macht is, zou een sacrificiële interpretatie van het strafrecht idealiter moeten worden geënt op een sacrificiële opvatting van de politiek. Om die reden wordt vervolgens de antropologische structuur van sacrificieel koningschap onderzocht (Girard, Scubla, Simonse, de Heusch). Deze structuur is congruent met Agambens soevereniteitsleer – wiens homo sacer ook kan worden ingepast in het sacrificiële paradigma – en is evenzeer aantoonbaar in het Romeins (Serres), middeleeuws en vroegmodern koningschap (Bloch, Walzer, Turchetti, Kantorowicz, Bertelli,…). De daaruit voortvloeiende hypothese van sacrificiële politiek kan verder worden uitgewerkt aan de hand van een analyse van de noodtoestand. Daar waar rechtshistorici (Saint-Bonnet, de Wilde) de noodtoestand hebben geïdentificeerd als de motor van absolute macht, betoog ik dat er een sacrificiële logica in aan het werk is.

Omdat het politieke en het theologische elkaars spiegelbeeld zijn, kan de sacrificiële dimensie van de politiek worden verankerd in een sacrificieel politiek-theologisch dispositief. Daaruit een theologisch substraat identificeren voor de hypothese van de sacrificiële straf is de volgende stap op ons pad.  Aan de hand van Kotsko kan het godsbeeld dat sinds de centrale middeleeuwen is geconstrueerd, ontmaskerd worden als dat van een satanische en sacrificiële god, die dient verzoend te worden door lijden, terwijl de hel en het vagevuur worden geïdentificeerd als het sacrificieel strafrechtelijk apparaat waarvan de goddelijke macht afhangt. Rekening houdend met de spiegelzaal van de politieke theologie, stel ik voor om het sacrificieel strafrechtelijk systeem in het hiernamaals te beschouwen als het mimetische model voor zijn aardse tegenhanger.

Tenslotte kan de sacrificiële dimensie van het strafrecht aannemelijk worden gemaakt tegen de achtergrond van het sacrificieel politiek-theologische dispositief. Ik ambieer dit te doen door  essentiële ontwikkelingen in de totstandkoming van een sacrificieel-strafrechtelijk systeem te identificeren (Radbruch, Immink, Bartlett, Sellin, Whitman, Moore, Chiffoleau, Peters…); door de sacrificiële implicatuur van het penale systeem te onderzoeken (bvb. de sacralisering van de veroordeelde, de beul als homo sacer, sacrificiële strafdoctrines (Cohen, Friedland, Bée, Evans, Merback, van Dülmen, Stuart, Spierenburg, Carpzov, Maihold)); door de modaliteiten van straffen – zelfs deze zonder bloedvergieten - in verband te brengen met het offer; en door de sacrificiële logica in de strafrechtelijke procedure te onthullen – vooral in het uitzonderingsregime dat in voege kan treden om de ergste misdrijven zoals majesteitsschennis te bestraffen (Schmoeckel, Langbein, Kéry, Théry, Sbriccoli, Fraher, Whitman,...).

Kortom, de ontstaangeschiedenis van het strafrechtelijke systeem en zijn modus operandi kunnen worden begrepen als die van een tot dusver niet (of onder)belicht sacrificieel system, dat functioneert binnen het kader van sacrificiële politieke theologie. Het strafrechtssysteem komt zo naar voren als een sacrificiële motor, die door de sacralisering van geweld (Girard) de sacralisering van de staat (Gauchet) en het strafrecht in zijn geheel teweegbrengt.

Datum:1 okt 2013 →  21 sep 2021
Trefwoorden:Scapegoat Mechanisms:
Disciplines:Ethiek, Andere filosofie, ethiek en religiestudies niet elders geclassificeerd, Theorie en methodologie in de filosofie, Filosofie
Project type:PhD project