< Terug naar vorige pagina

Project

Naar een beter begrip van suboptimaal gedrag vanuit een doelgericht perspectief

Mensen vertonen vaak suboptimaal gedrag dat niet overeenkomt met hun expliciete doelen. Voorbeelden zijn actieslips, impulsief gedrag en de aarzeling om bepaald gedrag te stellen. Dit soort gedrag is vooral waarschijnlijk wanneer een gedrag in het verleden vaak geselecteerd werd en wanneer het systeem over te weinig werkingscondities beschikt (zoals een gebrek aan tijd, aandacht of motivatie) als gevolg van vermoeidheid, stress of cognitieve belasting.

Traditionele duale-procesmodellen verklaren suboptimaal gedrag als veroorzaakt door stimulusgedreven processen, waarbij een stimulus de representatie van een stimulus-responsassociatie activeert. Deze staan in contrast met doelgerichte processen waarin de respons met het hoogste verwachte nut wordt geselecteerd, d.w.z. de respons met de hoogste verwachting om te resulteren in een uitkomst, gewogen in functie van de waarde van deze uitkomst. Bovendien hebben traditionele duale-procesmodellen een standaard-interventionistische architectuur waarin stimulusgedreven processen de standaard-determinant van gedrag zijn en doelgerichte processen alleen kunnen ingrijpen wanneer het systeem over voldoende werkingscondities beschikt. Dit bouwt op de veronderstelling dat alleen stimulusgedreven processen door uitgebreide herhaling worden versterkt en dat alleen deze processen automatisch kunnen werken. Dezelfde aannames worden gebruikt om de verhoogde kans op suboptimaal gedrag na uitgebreide herhaling en onder slechte werkingscondities te verklaren.

Moors et al. (2017) stelden een alternatief duaal-procesmodel voor met een parallel-competitieve architectuur. Doelgerichte processen worden volgens dit model ook versterkt door herhaling en kunnen daarom ook automatisch verlopen. Als gevolg daarvan treden ze vaak parallel op met stimulusgedreven processen en concurreren ze met deze processen. De competitie zou bovendien vaak gewonnen moeten worden door doelgerichte processen, zodat deze processen uiteindelijk het grootste deel van ons gedrag bepalen, zelfs wanneer dit gedrag suboptimaal is.

In het huidige proefschrift worden de implicaties van dit alternatieve model getest en onderzocht in drie delen. Eerst testen we verklaringen van het alternatieve model voor suboptimaal gedrag wanneer er werkingscondities schaars zijn. Concreet testen we of vaak en/of recent verwerkte verwachtingen en/of uitkomsten meer automatisch (in de zin van sneller) verwerkt worden, wat resulteert in foutieve of onvolledige doelgerichte processen wanneer werkingscondities schaars zijn (als er weinig tijd is). Ten tweede testen we de bijkomende assumptie van het alternatieve model dat de waarde en selectie van gedrag overeenkomen met de huidige verwachte nutswaarde van dit gedrag. Deze assumptie wordt vergeleken met de alternatieve assumptie dat de waarde en selectie van een gedrag ook beïnvloed kunnen worden door een uitkomst die in het verleden op het gedrag volgde. Ten derde onderzoeken we de praktische implicaties van het alternatieve model voor gedrag en gedragsverandering door het model toe te passen op een specifiek suboptimaal gedrag, namelijk de terughoudendheid van onderzoekers om te publiceren in open-access tijdschriften. 

Datum:1 feb 2018 →  6 jun 2023
Trefwoorden:goal-directed behavior, environmental psychology, emotions
Disciplines:Toegepaste wiskunde, Statistische en numerieke methoden, Toegepaste psychologie, Biologische en fysiologische psychologie, Algemene psychologie, Andere psychologie en cognitieve wetenschappen
Project type:PhD project