< Terug naar vorige pagina

Project

The motives and careers of scientists.

Deze dissertatie bestudeert de motivaties van onderzoekers. De manier waarop wetenschap georganiseerd wordt legt veel nadruk op niet-financielebelongingen: intellectuele uitdaging en onafhankelijkeid (hieronder refereerd als zin in wetenschap). Economen hebben dan ook lang aangenomendat alle wetenschappers dit belangrijk vinden. Empirisch onderzoek spreekt dit tegen: veel wetenschappers vinden intellectuele uitdaging en onafhankelijkheid minder belangrijk en zijn in de plaats eerder gedreven door traditionele beloningen zoals geld en carrièrevoortgang. Ze maken ookcarrierebeslissingen, zoals de keuze voor een carrière in industrie of academia, naargelang hun motivaties.
Dit onderzoekt draagt bij tot dit onderwerp door te bestuderen hoe de motivaties van wetenschappers interageren met vier aspecten van hun carrières. Deze zijn internationale mobiliteit (hoofdstuk 1), loonsverschillen tussen industrie en academia (hoofdstuk 2), the carrièrekeuzes van wetenschappers die tewerkgesteld zijn in bedrijven (hoofdstuk 3), en de keuze om academia te verlaten (hoofdstuk 4). Deze onderwerpen worden bestudeerd aan de hand van Belgische responses op de Carrières van Doctoraatshouders survey.
Hoofdstuk 1 brengt een nieuw perspectief rond internationale mobiliteit van wetenschappers. Bestaande literatuur hierrond concludeert that wetenschappers vroegin hun carrières naar het buitenland moeten gaan om ervaring, netwerken, en geloofwaardigheid op te bouwen. Dit hoofdstuk argumenteert dat wetenschappers met een grotere zin in wetenschap sterkere incentieven hebbenom naar het buitenland te gaan. De resultaten bevestigen dat wetenschappers met een grotere zin in wetenschap waarschijnlijker zijn om internationale mobiliteit te rapporteren. Ze zijn ook waarschijnlijker om naar landen te reizen met betere universiteiten. Wetenschappers met eerder carrière-georienteerde motivatie blijven minder lang in het buitenland.
Hoofdstuk twee analyseert de loonskloof tussen industrie en academia. Alhoewel het algemeen geweten is dat wetenschappers een hogere verloning krijgen in bedrijven dan aan de universteit, is er geen economisch onderzoek dat dit onder de loep neemt. We dragen hieraan bij door de loonskloof te schatten rekening houdend met zelf-selectie naargelang motivaties en verschillen in onderzoeksfocus. Daarna analyseren we de loonskloof om te zien hoe het verschilt naargelang motivaties en soort onderzoek gedaan door wetenschappers. De resultaten laten zien dat de beschrijvende statistieken de echte loonskloof met ongeveer 20% overschatten. De loonskloof die door een acamische wetenschapper ervaren wordt is groter als hij meer tijd spendeert aan de ontwikkeling, en kleiner als hij meer tijd spendeert aan onderzoek. 
Hoofdstuk drie gaat over de jobs van wetenschappers in bedrijven en de relatie daarvan met motivaties. Vinden wetenschappers met een grote zin voor wetenschap een wetenschaps-intense positie in een bedrijf? We bestuderen dit op drie niveaus: de wetenschappelijke orientatie van de firma, de onderzoeksfocus van de job, en of de job al dan niet contacten met de wetenschapswereld inhoudt. De resultaten geven aan dat enkel wetenschappers die een grote zin voor wetenschap combineren met voorkeur voor geldgerelateerde incentieven en algemene belongingen waarschijnlijker zijn om in wetenschapsgeoriënteerde bedrijven of jobs werken. Afhankelijk van de dimensie zijn vijftig tot zestig procent van de wetenschappers met een grote zin in wetenschap niet tewerkgesteld in wetenschapsintense bedrijven of jobs.
Hoofdstuk vier bestudeert welke wetenschappers de universiteit verlaten. De resultaten tonen aan dat wetenschapelijke publicaties en van de belangrijkste determinantenzijn van overleven in academia: de kans om academia te verlaten daalt met 6% per bijkomende publicatie. Wetenschappers die patenteren zijn veelwaarschijnlijker om academia te verlaten alhoewel deze bovengemideldepublicatieportfolios hebben.

Datum:1 okt 2010 →  18 sep 2014
Trefwoorden:Economics of science, Motivations, Migration, Researchers, Taste for science, Innovation, Ph.D.holders
Disciplines:Toegepaste economie, Economische geschiedenis, Macro-economie en monetaire economie, Micro-economie, Toerisme
Project type:PhD project