< Terug naar vorige pagina

Project

Ledenbetrokkenheid en democratisch bestuur in coöperaties.

Het voorliggend doctoraatsonderzoek rond “ledenbetrokkenheid en democratisch bestuur in coöperaties” verkent de individuele motivaties van leden alsook de organisatie-gebonden drijfveren voor inclusieve participatie en democratische besluitvorming in coöperaties.

Solidariteit en vertrouwen worden beschouwd als de fundamenten van een coöperatie, die als ‘hybride’ organisatie naast noodzakelijke financiële ook sociale en gemeenschapsbevorderende doelen vooropstelt. In crisistijd kan de betrokkenheid van leden afnemen door een gebrek aan transparantie en verzwakkende opportuniteiten om te participeren, bijvoorbeeld indien de coöperatie uitbreidt en groeit. Dit geldt in het bijzonder voor de recent ontstane multi-stakeholder coöperaties die gericht zijn op een lokaal, collectief voordeel waarbij een diverse groep leden uiteenlopende rollen vervult (zoals eigenaar, aandeelhouder, investeerder, gebruiker, toeleverancier of werknemer). Het coöperatieve dilemma tussen economisch overleven en participatie en solidariteit, zowel bij de leden onderling als naar de bredere lokale gemeenschap toe, blijft een moeilijk evenwicht.

Financiële veerkracht van coöperaties is reeds ruim bestudeerd. Bijgevolg wordt er met dit doctoraatsonderzoek ernaar gestreefd de sociale aspecten te belichten, door patronen van solidariteit, betrokkenheid, vertrouwen en empowerment te identificeren: de cruciale elementen van inclusieve ledenparticipatie binnen coöperaties.

1) Ten eerste zal een kwalitatieve studie uitgerold worden die de gedaantes van ledenbetrokkenheid in coöperaties bekijkt die actief zijn binnen lokale voedselnetwerken in Vlaanderen, in het bijzonder tijdens en na de overheidsmaatregelen die volgden op de uitbraak van de COVID-19 pandemie in Europa (maart tot najaar 2020). Deze alomvattende crisis op vlak van gezondheid, maatschappij en economie zou de bestaande en veranderende patronen van solidariteit van leden met hun coöperatie uitvergroten. Bijgevolg zullen we deze patronen zichtbaar proberen te maken door middel van een vergelijking van de uiteenlopende reacties op deze uitdagingen, van verschillende types van coöperaties werkzaam in de Vlaamse landbouw en voedselvoorziening: a)  producentencoöperaties in de landbouw, b) consumentencoöperaties in de kleinhandel van levensmiddelen, c) recent ontstaande multi-stakeholder coöperaties. Het laatstgenoemde type is eveneens bekend als “solidariteitscoöperatie” of “gemeenschapsgedreven sociale onderneming” en zou kunnen beschouwd worden als ‘extreem’ geval omwille van potentieel botsende interesses tussen de heterogene groepen van leden. De wetenschappelijke literatuur hierrond is nog in volle ontwikkeling. Deze zal aangevuld worden met empirische bevindingen vanuit diepte-interviews en het verzamelen van bijkomende databronnen, telkens van enkele cases binnen elk type coöperatie actief in de landbouw/voedingssector. Dit onderzoek zal eveneens leiden tot een overzicht van bijkomende, alternatieve praktijken die solidariteit en democratische besluitvorming in coöperaties bevorderen.

2) Aansluitend zal,  ter voorbereiding van een kwantitatieve studie, een uitgebreide literatuurstudie uitgevoerd worden om een algemene typologie te ontwikkelen van 1) organisatietypes en -culturen van coöperaties en 2) motivaties van leden (zowel individualistische als collectivistische drijfveren) om in een coöperatie te participeren. Deze tweevoudige typologie zal het fundament vormen van een brede enquête over de graad van ledenbetrokkenheid in een 30tal Belgische coöperaties. Met het oog op de geneste structuur van de verzamelde data (m.a.w. niet-hiërarchische modellen inclusief meervoudig lidmaatschap) zullen multi-level analyses uitgevoerd worden. Het doel is om het verband tussen verschillende voorspellende variabelen bloot te leggen die zowel binnen als tussen coöperaties invloed uitoefenen, om zodoende de graad van ledenbetrokkenheid te kunnen verklaren:

a) Level-1: zowel individuele karakteristieken (bv. gender, leeftijd, socio-economische situatie, lidmaatschap in andere coöperaties,…) als persoonlijke drijfveren (individualistische motieven zoals financieel rendement, maar ook collectivistische motivatie zoals sociale/gemeenschapsgebonden voordelen, overeenkomsten tussen individuele waarden en de missie van de coöperatie,…)

b) Level-2: organisatie-gebonden kenmerken (bv. grootte, ouderdom, sector, type, organisatiecultuur en participatiemogelijkheden,…)

Bijkomend zal het coöperatieve dilemma tussen betrokkenheid en scale onderzocht worden: Is er een negatief verband tussen grootte en ouderdom van de organisatie en de graad van ledenbetrokkenheid, m.a.w. daalt de betrokkenheid van leden als de coöperatie groeit?

3) Afsluitend zal er een empirische, kwalitatieve studie uitgevoerd worden die specifiek op de integratie van kansengroepen in het bestuur van coöperaties focust. Met een brede definitie beschouwen we kansengroepen als mensen met een achterstand op financieel, fysiek, mentaal, socio-cultureel, onderwijs- of economisch vlak. We zullen het proces en de elementen van empowerment onderzoeken, dat mogelijks deze groep leden-gebruikers in staat stelt om te participeren in de coöperatie. Door vergelijkende casestudies binnen het veld van Vlaamse sociale huisvestingsmaatschappijen zullen we data verzamelen via diepte-interviews, observatie van bewonersraden, bestuursvergaderingen en algemene vergaderingen, aangevuld met secondaire bronnen. Daarnaast zullen we innovatieve scenario’s verzamelen en vergelijken die de participatie van kansengroepen als volledig geïntegreerde leden mogelijk maken. Daarbij worden eveneens de potenties en uitdagingen in verband met participatief bestuur van coöperaties zichtbaar gemaakt.

Datum:1 okt 2019 →  1 okt 2023
Trefwoorden:co-operatives, economic democracy
Disciplines:Organisatie- en managementtheorie, Culturele economie, economische sociologie, economische antropologie, Bedrijfsmanagement
Project type:PhD project