Interacties tussen ecologische en evolutionaire processen in rotspoelmetagemeenschappen langs een klimaatgradiënt.

In het algemeen beoogt dit project de beschrijving van convergenties in patronen van (genetische en morfologische) variatie op het niveau van (meta)populaties van een modelsoort en patronen van variatie in de structuur van de corresponderende (meta)gemeenschappen in clusters van tijdelijke rotspoelen langsheen een 1300 km lange klimatologische noord-zuid klimaatgradiënt in West-Australië. Specifieke vraagstellingen die hierbij behandeld worden zijn: 1. Wat is de soortendiversiteit binnen en tussen lokale en regionale gemeenschappen in rotspoelclusters langsheen een 1300 km lange klimaatgradiënt? 2. Wat is de structuur van genetische variatie binnen en tussen lokale en regionale populaties van een Anostraca modelsoort (Crustacea: Branchiopoda) in rotspoelclusters langsheen een 1300 km lange klimaatgradiënt? 3. In welke mate zijn de patronen van intra- en interpopulatie genetische diversiteit in de Anostraca modelsoort convergent met deze van soortendiversiteit binnen en tussen de (meta)gemeenschappen waar ze deel van uit maakt? 4. Wat is het relatieve belang van de ruimtelijke (positie in klimaatgradiënt, aantal patches, connectiviteit, isolatie) en omgevingsfactoren (hydroperiode, waterkwaliteit, lokale biotische kenmerken) in het bepalen van de structuur van de bestudeerde metagemeenschappen en metapopulaties op verschillende ruimtelijke schalen (volledige klimaatgradiënt, regionale habitatclusters)? De bekomen gegevens zullen het inzicht verbeteren in processen die bijdragen tot de diversiteit binnen en tussen (meta)gemeenschappen (soortendiversiteit) en (meta)populaties (morfologische en genetische diversiteit) in een grootschalige klimaatgradiënt. Bovendien zullen onze analyses van morfologische en genetische variatie in de betrokken ruime gradiënt ook toelaten inzichten te verwerven in soortvormingsprocessen.

Trefwoorden:Metacommunities, Climate gradient

Disciplines:Dierkundige biologie