< Terug naar vorige pagina

Project

De wisselwerking tussen besluitvormingsprocessen binnen het huishouden, genderrelaties en klimaatadaptatiebeleid. Een quasi-experimentele impactstudie in de Morogoro Regio, Tanzanië.

Dit onderzoek sluit aan bij één van de meest prominente onderwerpen op de ontwikkelingsagenda voor de komende decennia, met name, klimaatsverandering en meer bepaald de noodzaak aan doeltreffend adaptatiebeleid in ontwikkelingslanden. Het onderzoek vertrekt vanuit de vaststelling dat adaptatiebeleid zich tot op heden veelal richt op huishoudens en er dus impliciet vanuit gaat dat het huishouden functioneert als een soort van neutrale intermediaire tussen het beleid en individuen. Deze veronderstelling gaat voorbij aan het onderzoek inzake intrahuishoudelijke allocatie dat heeft aangetoond dat het huishouden veelal niet opereert als een eenheid met één nutsfunctie en één gemeenschappelijk huishoudelijk budget maar eerder als een arena van zowel coöperatief gedrag als conflict. Op basis van wetenschappelijk onderbouwde empirische evidentie wordt tegenwoordig aangenomen dat besluitvorming binnen het huishouden het best kan gemodelleerd worden als een onderhandelingsproces tussen individuen met verschillende preferenties en onderhandelingsmacht. Verkeerdelijk uitgaan van een unitaire visie en interventies richten op het huishouden zonder rekening te houden met verschillende preferenties en conflict binnen het huishouden heeft in het verleden vaak geleid tot een falend beleid. Sterk uiteenlopende preferenties en gedrag, vaak gestructureerd langs lijnen van 'gender', bestaan op verschillende domeinen, en niet in het minst inzake de omgang met natuurlijke hulpbronnen en de manier en intensiteit van adaptatie. Ondanks deze vaststelling is er tot heden relatief weinig kruisbestuiving tussen onderzoek betreffende klimaatsadaptatie en literatuur inzake intrahuishoudelijke allocatie. Dit onderzoek richt zich specifiek op deze lacune en beoogt om de analyse van adaptatiegedrag en -beleid te versterken via inzichten over intrahuishoudelijke allocatie en besluitvormingsprocessen. Het onderzoek zal specifiek inzoomen op het adaptatiebeleid inzake landbouwgewassen en waterbeheer in de Rwenzori regio in Uganda, een gebied dat sterk onder druk staat door toenemende klimaatsverandering. Het is de bedoeling om de impact te vergelijken van adaptatie-interventies die marginaal van elkaar afwijken en die (impliciet) vertrekken vanuit verschillende assumpties inzake huishoudens. Meer bepaald zal de doeltreffendheid en impact vergeleken worden van interventies die zich richten op huishoudens (en dus het huishouden beschouwen als een eenheid) met interventies die specifiek gericht zijn op vrouwen (en dus veronderstellen dat mannen en vrouwen niet noodzakelijk dezelfde preferenties en besluitvormingsmacht hebben). Het empirisch onderzoek zal een quasi-experimentele onderzoeksopzet hanteren om de interne onderzoeksvaliditeit te verhogen. Kwantitatieve methodes van dataverzameling (enquêtes) zullen gecombineerd worden met kwalitatieve methodes om meer inzicht te krijgen in de onderliggende causale mechanismen en percepties van mannen en vrouwen. Het onderzoek beoogt bij te dragen aan de relatief schaarse basis aan wetenschappelijk solide impactstudies betreffende adaptatiebeleid. Deze studie is vooral relevant binnen een context waarin er in toenemende mate erkend wordt dat doeltreffende adaptatie niet enkel beïnvloed wordt door technologische innovatie maar ook grotendeels bepaald wordt door lokale (gender)normen en instituties.
Datum:1 okt 2012 →  30 sep 2016
Trefwoorden:GENDERASPECTEN VAN ONTWIKKELING, BINNEN HET HUISHOUDEN, AANPASSING/ADAPTATIE, KLIMAATVERANDERING
Disciplines:Economische ontwikkeling, innovatie, technologische verandering en groei, Sociaal werk, Andere sociologie en antropologie