< Terug naar vorige pagina

Project

De retoriek van verkiezing en scheiding in het boek Genesis: een narratief-kritische en intertekstuele analyse

 

Dit project wil aantonen dat Gods verkiezing van Izaäk als de zoon van de erfenis en zijn scheiding van Ismaël centraal staat in Genesis 16-18:15 en 21:1-21 en andere motieven met elkaar verbindt. Het identificeert en evalueert ook de verhalende motieven die de verteller(s) gebruikt(en) om Gods verkiezing van Isaak te benadrukken. Het betoogt vanuit een narratief-kritisch, theologisch en intertekstueel perspectief dat de verteller(s) in de Ismaël-Isaak-verhalen (Gen. 16-18:15 en 21:1-21) enkele terugkerende motieven gebruikten, vooral in het boek van Genesis, om Gods voorkeur voor Isaak boven Ismaël te benadrukken. Het gaat verder om uit te leggen waarom de discussies over Hagar en Ismaël aandacht krijgen. Ismaël als de zoon van Abraham zou ook een groot volk zijn, ook al was hij niet de zoon van de erfenis. Zijn karakter is een voorbode van de eerste/oudere zonen die zouden worden verplaatst omwille van hun jongere broers en zussen. Hoewel God de uitwijzing van Hagar en haar zoon steunde omdat haar zoon niet de voorkeurszoon was, zorgde hij voor hen omdat de indruk van God als een barmhartige door de verhalenvertellers moest worden gehandhaafd. Bovendien kan de verplaatsing van Ismaël worden begrepen in het licht van de verplaatsing van de oudere broers en zussen in het boek Genesis en Israëls verplaatsing van naties die groter waren dan zij. Dit project suggereert daarom dat de verkiezing van Isaak ook kan worden gesitueerd binnen de grotere context van Isaak die Israël en de Israëlieten vertegenwoordigt. De directe en indirecte narratieve nadruk op het karakter van Isaak is consistent met de nadruk die de Hebreeuwse Bijbel legt op de identiteit van de Israëlieten als een volk dat door God is gekozen boven andere (grote) naties; een uitverkoren volk dat het land zou beërven dat aan Abraham was beloofd te midden van conflicten en oorlogen met andere naties, en goddelijke verplaatsing van deze naties. Gerelateerd aan deze verplaatsing is het bevel van Jahweh aan de Israëlieten om geen interactie te hebben met deze naties, zelfs niet in de context van het huwelijk. Vandaar dat de verdrijving van Hagar, ‘de andere vrouw’ van Abraham, overeenkomt met het motief van de buitenlandse vrouw in het leven van de Israëlieten. Hoe dan ook, aangezien Narrative Criticism het leven weerspiegelt, zal onze analyse van de narratieve functie van Hagar zich niet beperken tot de bijbelse context. Rekening houdend met de ervaringen van Hagar in onze werkverhalen, zullen we onderzoeken hoe de ervaringen van Hagar spreken tot onze hedendaagse wereld. Dit omvat het begrijpen van het karakter van Hagar in het licht van zwarte theologie, feministische kritiek en Afrikaanse contextuele hermeneutiek in relatie tot het zoeken naar nageslacht.

 

Datum:1 okt 2018 →  14 sep 2022
Trefwoorden:Genesis, Divine Election, Separation
Disciplines:Theologie en religiestudies
Project type:PhD project