Project
Anticipatief genot van de nalatenschap in het licht van de gelijkheid der erfgenamen.
Wanneer een persoon zonder testament overlijdt, wordt zijn nalatenschap verdeeld overeenkomstig het gelijkheidsprincipe. Dit wil zeggen dat de erfgenamen die in dezelfde mate aan hem verwant zijn (bv. zijn kinderen) een even groot erfdeel ontvangen. Dit principe van de gelijkheid onder erfgenamen is niet dwingend; via schenking of testament kan men toch een ongelijkheid creëren, zolang men het minimale erfdeel van de beschermde erfgenamen respecteert.
Opvallend genoeg bevat het erfrecht van verschillende rechtsstelsels, waaronder België, een corrigerend mechanisme dat deze ongelijkheid in bepaalde gevallen terug ongedaan maakt wanneer de beschikker overlijdt: verrekening. Deze techniek voorkomt dat een erfgenaam die door de erflater begunstigd is zijn kosteloze voordeel kan cumuleren met zijn erfdeel. Het voordeel wordt behandeld als een louter voorschot op dit erfdeel.
Het concept van verrekening doet verschillende vragen rijzen. Waarom beschouwt men (bepaalde) kosteloze voordelen die een erflater tijdens zijn leven aan één van zijn erfgenamen heeft toegekend als een te verrekenen voorschot op erfdeel, en is zo’n systeem van verrekening wenselijk? Als een rechtsstelsel voor een dergelijk regime kiest, in welke gevallen moet dit dan van toepassing zijn? Kan de beschikker dit toepassingsgebied beïnvloeden en aan welke formaliteiten moet zijn wilsverklaring dan voldoen?
In het onderzoek worden deze vragen aan de hand van een rechtsvergelijkende analyse beantwoord.