De rol van temperament en opvoeding als bron van individuele verschillen in jongeren met ontwikkelingsstoornissen

Hoewel alle jongeren met ontwikkelingsstoornissen gedragsstoornissen (NDBDs) hebben een verhoogd risico om problemen te ontwikkelen, grote variabiliteit bestaat. Sommige kinderen vertonen extreme problemen, terwijl anderen gedijen relatief goed. Dit project heeft als doel te onderzoeken hoe temperament en ouderschap, vitaal van cruciaal belang voor alle kinderen, kan dit grote heterogeniteit in jongeren met NDBDs verklaren. Autisme Spectrum Stoornis, Attention-Deficit / Hyperactivity Disorder, het syndroom van Down, en Cerebral Palsy: Om syndrome- (a) specificiteit ontrafelen, zal ik de verschillen tussen de typische controles en vier heersende NDBDs richten. In de eerste plaats zal ik de diagnostische relevantie van temperament en ouderschap aan te pakken, het beschrijven van de meest opvallende verschillen in elke groep. Deze syndroom-specifieke verschillen zal worden onthuld door middel van meta-analytische integraties van het kenmerk literatuur (Studie 1) en fijnkorrelig empirische vergelijkingen van zowel temperament en ouderschap (Studie 2). Ten tweede zal ik de voorspellende waarde van het temperament-ouderschap samenspel te pakken om uit te leggen (mal) adaptief heterogeniteit. In principe Ik verwacht dat deze voorspellende processen in hoge mate vergelijkbaar tussen jongeren met en zonder NDBDs zal zijn. Deze hypothese dwarsdoorsnede worden getest op alle vier NDBDs (Studie 3) en prospectief jongeren met autisme en ADHD (onderzoek 4). De resultaten van mijn project zal inzicht in de gedragsfenotype in elke groep uit te breiden. Ook zal het helpen bij het bedekken van de paden naar minder problemen en meer welzijn in de jeugd met NDBDs.