< Terug naar vorige pagina

Project

Democratie, instituties en intergenerationele rechtvaardigheid (FWOAL922)

Democratieën hebben een "verlangen naar de onmiddellijke" (Thompson 2011, p.19), omdat zij moeilijkheden ondervinden bij het opstellen van beleid dat rekening houdt met de langetermijnbelangen van toekomstige generaties. Vanwege deze intergenerationele bias in beleidsvorming, worden democratieën als presentistisch beschouwd. Recente studies hebben echter aangetoond dat niet alle democratieën even presentistisch zijn. Dat wil zeggen: de temporele neiging ten gunste van huidige (of oudere) generaties ten koste van de toekomstige (of jongere) generaties lijkt niet alle democratieën in dezelfde mate te beïnvloeden (Vanhuysse 2013, 2014).
Dit is logisch, want democratieën zijn er in vele soorten en maten, maar de vorige wetenschap heeft niet kunnen verduidelijken welke specifieke instituties de vooringenomenheid van de presentator verergeren of verlichten. De overkoepelende onderzoeksvraag van dit project is daarom het volgende: wat zijn de institutionele antecedenten van de huidige vooringenomenheid bij democratische beleidsvorming? Op basis van een sequentieel onderzoeksontwerp dat een groot-N vergelijkende analyse van presentaties in 29 landen combineert, en een klein-N kwalitatief onderzoek, zullen we argumenteren dat consensusdemocratieën minder waarschijnlijk een presentistische vooroordeel in beleidsvorming vertonen dan majoritaire democratieën.
Datum:1 jan 2019 →  31 dec 2022
Trefwoorden:Democratie, equity
Disciplines:Politieke organisaties en instellingen niet elders geclassificeerd