< Terug naar vorige pagina

Project

Is er een "motorische reserve" in de kleine hersenen ?

Als jongvolwassenen ondervinden mensen gewoonlijk geen problemen met het controleren van hun bewegingen. Problemen met motorische controle duiken echter op bij normale veroudering, zodat bewegingen die we eens als gewoon ervaren, problematisch kunnen worden. Wat zijn eigenlijk de onderliggende mechanismen van deze veranderingen?
Een belangrijke theorie in het werkveld verklaart bewegingscontrole met zogenoemde ‘interne modellen’ die helpen de gevolgen van onze bewegingen te voorspellen, zelfs voordat zintuigen ons hierover feedback geven. Deze interne modellen zijn afhankelijk van een hersengebied genaamd het cerebellum waarop veroudering een sterk effect heeft. Van hieruit kwam de suggestie dat problemen met motoriek door veroudering veroorzaakt worden door afbraak van deze interne modellen, aangezien het cerebellum geleidelijk neuronen en verbindingen verliest. Deze theorie is echter  niet verenigbaar met een afwezigheid van verschil in motorische prestaties tussen jonge (<35 jaar) en oudere (>55 jaar) deelnemers aan taken waarbij interne modellen betrokken zijn.
Het doel van dit project is het onderzoeken van het daadwerkelijk verband tussen leeftijdsgerelateerde veranderingen in motorische prestaties en de structuur van het cerebellum. We stellen voor dat het cerebellum als een motorische reserve optreedt. Met andere woorden dat die leeftijdsgerelateerde veranderingen in de structuur van het cerebellum geen invloed hebben op de functie ervan.

Datum:1 jan 2021 →  Heden
Trefwoorden:motor control problems, aging, cerebellum, age-related cerebellar degeneration
Disciplines:Leren en gedrag, Motorische processen en actie, Neuroimaging, Gedragsneurowetenschappen, Motorische controle