De angst voor het tekort: Een empirische studie van de drijfveren en gevolgen van hamsteren

Aan het begin van de COVID-19 pandemie werd door media in verschillende landen melding gemaakt van een opmerkelijk consumentengedrag: kopers begon producten zoals toiletpapier te hamsteren. Dit onconventionele verzamelen van producten uit angst dat ze later niet meer beschikbaar zouden zijn, is in de literatuur al conceptueel in kaart gebracht, maar empirisch bewijs omtrent het fenomeen ontbreekt tot op heden. In dit project analyseren we paneldata van huishoudens uit meerdere Europese landen om het volledige beeld van hamsteren te schetsen. In een eerste deelproject onderzoeken we de drijvende krachten van het hamsteren door de effecten van COVID-19-cijfers en verschillende beleidsmaatregelen van elkaar te scheiden. Bovendien identificeren we welke productcategorieën door welke consumenten werden gehamsterd, waarmee we de basis leggen voor ons verdere onderzoek naar de gevolgen van hamsteren. Ons tweede deelproject richt zich op de gevolgen die tot uiting komen in het winkelgedrag bij gehamsterde categorieën. We analyseren meer bepaald hoe product- en winkelattribuut voorkeuren veranderen tijdens hamsterperioden en hoe deze verandering gemodereerd wordt door consumentenkenmerken. Ten slotte kijkt ons derde deelproject naar beleidsmaatregelen tegen hamsteren en hun (onbedoelde) effect op niet-gehamsterde categorieën in termen van consumentenwelvaart, en hoe dit effect verschilt tussen huishoudens met verschillende sociografische kenmerken.