< Terug naar vorige pagina

Project

Constructief geheugen. Een nieuw concept van geheugen dat persoonlijk identiteit herdefinieert.

De vaag naar de verhouding tussen geheugen en persoonlijke identiteit is een centrale kwestie in de geschiedenis van de filosofie, en raakt ook aan verschillende onderzoeksgebieden, zoals psychologie, neurowetenschap en filosofie van de geest. Mijn werk is schatplichtig aan een filosofische traditie volgens welke continuïteit van het 'zelf' afhankelijk is van geheugen (Locke, 1694; Parfit, 1984). Desondanks beargumenteer ik dat ons concept van 'geheugen' aangepast moet worden om deze theoretische functie te kunnen vervullen. In het bijzonder moet een filosofisch concept in overeenstemming gebracht worden met empirische resultaten rondom episodisch geheugen. Fenomenen zoals non-pathologische onterechte herkenning en herinneringsvervalsing (Schacter, Guerin, St Jacques, 2011), alsmede de gevolgen van episodisch geheugenverlies voor de capaciteit om over de toekomst te denken (Tulving, 1985), dwingen ons ertoe om de mechanismes en de functies van episodisch geheugen opnieuw te definiëren, en om de relevantie voor het geheugen voor identiteit vanuit een ander perspectief te zien. Volgens de *constructive episodic simulation* hypothese (Schacter and Addis, 2007) is één van de functies van episodisch geheugen om mensen in staat te stellen elementen uit eerdere ervaringen te recombineren, met als doel zich voor te bereiden op te toekomst. Dat heeft consequenties voor de betekenis van episodisch geheugen voor persoonlijke identiteit. Episodisch geheugen is dan niet alleen een instrument voor zelfherkenning, maar ook een middel tot een ander doel: het *construeren* van een 'zelf' dat zijn eigen toekomst voor ogen heeft.
Datum:15 jul 2019 →  14 jul 2020
Trefwoorden:GEHEUGEN, VERBEELDING, PERSOONSIDENTITEIT, GEHEUGENSTOORNISSEN
Disciplines:Geschiedenis van de filosofie, Epistemologie, Filosofische psychologie, Filosofie van de geest