< Terug naar vorige pagina

Project

Optimalisatie van de reiniging en ontsmetting van stallen (CLEANDESOPT)

Centrale onderzoeksvraag/doel
Het hoofddoel van dit project is het opstellen en uittesten van geoptimaliseerde en alternatieve reinigings- en ontsmettingsprotocollen (R&O) voor pluimvee-, varkens- en melkveestallen, gekoppeld aan het ontwerpen en gebruiken van een geoptimaliseerd meetsysteem om de effectiviteit ervan te evalueren. Reiniging en ontsmetting (R&O) van de stalomgeving horen bij een goed hygiënemanagement op het landbouwbedrijf. Het uiteindelijk doel is de reductie van pathogene kiemen in de stalomgeving voor mens en dier, en bijgevolg een reductie van het aantal dierziektes en zoönosen. Concreet wordt gemikt op gunstige effecten inzake de Salmonella problematiek in de pluimveesector en de varkenssector, het voorkomen van MRSA in de varkenssector en de aanwezigheid van STEC (Shiga-toxine producerende E. coli) en Coxiella burnetii bij herkauwers.
 

Onderzoeksaanpak
Wij testen en vergelijken R&O protocollen in praktijksituaties: via vergelijkende veldproeven van actuele, geoptimaliseerde actuele en alternatieve R&O protocollen evalueren we de effectiviteit en de toepassingsmogelijkheden van diverse technieken, middelen en protocollen in de pluimvee-, de varkens- en de rundveesector. De evaluatie gebeurt m.b.v. visuele inspectie, ATP-meting en microbiologische analyses (totaal kiemgetal, indicatorkiemen en targetzoönosen). De vergelijkende veldproeven, voorafgegaan en aangevuld met proeven in modelstallen brengen duidelijkheid rond de waarde van optimaal toegepaste procedures en van alternatieve R&O methoden. De evaluatieve analyses tijdens en na de uitgevoerde protocollen zijn de basis voor een geoptimaliseerd en praktisch bruikbaar meetsysteem dat een uitgevoerde R&O kan beoordelen op zijn effectiviteit. Een kostenbaten analyse zal aandacht hebben zowel voor de effecten op korte als op lange termijn.
 

Relevantie/Valorisatie
Wij verwachten een verdere reductie van het aantal met zoönosen besmette bedrijven en een algemene verbetering van de dierengezondheid door de verlaagde infectiedruk. Wij verwachten klaarheid omtrent de redenen waarom de bestaande, uitgevoerde R&O protocollen falen en wat de kritische en dus te controleren besmettingspunten in een bedrijf zijn om de kans op besmetting te reduceren. Een praktische meerwaarde zit in het geoptimaliseerd R&O protocol en het alternatief R&O protocol. Het perspectief opent zich om de huidige officiële hygiëne- en zoönose monitoring verder te optimaliseren door het gebruik van een geschikte indicator(kiem) en/of een betere staalnamekeuze (o.a. voor de targetzoönose) en/of bemonsteringsfrequentie die ook meer gericht is op het inschatten van de efficiënte uitvoering van de R&O. De beschikbare kennis zal de basis vormen voor een praktische handleiding met checklist voor R&O. De bekomen resultaten zijn eveneens bruikbaar voor de verdere uitwerking van de bestaande en nog op te stellen bestrijdingsprogramma’s. Kennisoverdracht naar de primaire sector gebeurt o.a. via bedrijfsbezoeken en alle andere bestaande communicatiekanalen.
 

Externe partner(s)
PDLT - Provinciale Dienst voor Land- en Tuinbouw
Ugent - Fac. Diergeneeskunde
Datum:1 sep 2012 →  31 aug 2015