Project
Anti-Islamisme en de afwijzing van publieke religiositeit in West-Europa. Een landenvergelijkend onderzoek naar anti-religiositeit in 21 West-Europese landen, 1990-2008.
Deze studie bestaat uit een serie van theoretisch geïnformeerde empirische analyses van anti-religie in West-Europa. In het Westen krijgen atheïsme, secularisme en anti-religiositeit in het algemeen steeds meer aandacht, zowel in de media als in de wetenschappelijke literatuur. Het intensieve debat wat hierover aan het ontstaan is, wordt echter grotendeels vanuit een populair-wetenschappelijke, theologische, filosofische, politieke of journalistieke positie gevoerd. Een empirisch verstaan van deze zaken is zeldzaam. In de godsdienst- en cultuursociologie worden nu wel de eerste stappen gezet om hier iets aan te doen. Toch blijft dit een belangrijk, maar onderbelicht onderzoeksgebied. Dit PhD-project adresseert deze thematiek, door de vraag te beantwoorden waar en waarom niet-religieuzen een antireligieuze houding aannemen. In het licht van jarenlange secularisatie wordt gekeken hoe de Protestante en Katholieke religieuze tradities die niet-religieuzen in die culturen blijft beïnvloeden. En er wordt gegeken naar de manier waarop algemene anti-religiositeit moet worden onderscheiden van de oppositie van specifieke religies, in het bijzonder van de Islam. Door dit te doen, draagt deze studie bij aan het begrijpen van de privatisering van religie, het post-seculiere debat, en de relatie tussen secularisatie en een opkomend cultureel conflict.