< Terug naar vorige pagina

Project

Volwassen worden: een multi-methode onderzoek naar jongvolwassenheid & autisme

De jongvolwassenheid is een ontwikkelingsfase waarin dagbesteding, woonplaats, en relaties veranderen, en beslissingen gemaakt worden die de rest van het volwassen leven zullen vormen. Om deze beslissingen te kunnen maken, experimenteren jongvolwassenen, en treden ze in relatie met hun leeftijdsgenoten. Ze komen zichzelf niet alleen tegen in hun exploraties, maar ook in de blik van de ander. Een groep die problemen heeft met veranderingen en sociale relaties, zijn jongvolwassenen met autismespectrumstoornis (autisme). Deze jongvolwassenen zijn kwetsbaar voor depressieve en angstklachten, maar er is weinig geweten over hoe autisme hun ontwikkeling zou kunnen beïnvloeden, of hoe deze klachten juist ontstaan.

In een eerste onderzoek werden jongvolwassenen met autisme, hun ouders, en hulpverleners uitgenodigd in gesprek om beter te begrepen welke thema’s relevant kunnen zijn. Ze benadrukten het belang van sociale steun, en vertelden dat jongvolwassenen met autisme zeer vatbaar zijn voor angst bij de onzekerheid die inherent is aan hun levensfase. De impact van autisme werd afgewogen, zowel intern, doorheen psychologische processen, als extern, in overte interacties met sociale omgevingen. Deze dynamische processen beïnvloeden elkaar, en steunen een idee van identiteit als dialectisch proces, eerder dan als statisch intern concept.

Een tweede studie bekeek de transcripten van de gesprekken met de jongvolwassenen met autisme opnieuw, omdat in hun narratieven sociale interacties en vergelijking met leeftijdsgenoten meer centraal stonden. Dit bracht een dilemma aan het licht, waarin langs één kant symptomen van autisme onderdrukt konden worden om gemakkelijker in relatie te treden met anderen, maar deze relaties dan niet gebaseerd zijn op hun authentieke zelf, of langs de andere kant het omarmen van autisme en haar symptomen ervoor zorgde dat men gekend zou kunnen worden op een meer authentieke manier, maar dit leidde tot meer isolatie.

Theorieën over jongvolwassenheid erkennen dat er tijdens deze fase een veelheid aan mogelijke demografische trajecten is, maar de meerderheid van onderzoek naar jongvolwassenheid heeft zich uitsluitend gebaseerd op steekproeven van universiteitsstudenten. Om verschillen tussen demografische groepen te identificeren werd een Vlaamse versie van de Inventory of Dimensions of Emerging Adulthood vragenlijst ontwikkeld, en werden verschillen tussen jongvolwassenen afhankelijk van hun leeftijd, woonplaats, dagbesteding, en romantische relatie uitgelicht.

Tenslotte werd gekeken naar het verband tussen een autismediagnose en de ontwikkelingsstatus in gespiegelde groepen van jongvolwassenen met autisme en hun leeftijdsgenoten, en werd ontwikkelingsstatus voorspeld op basis van autismekenmerken en demografische kenmerken. Een diagnose was niet gerelateerd aan identiteitsontwikkeling, maar er werden wel verschillende predictoren gevonden in de beide groepen. Gerapporteerde experimentatie en mogelijkheden was gerelateerd aan minder autismekenmerken en single zijn in de autismegroep, maar kon niet voorspeld worden in de controlegroep, wat een groter belang van deze elementen suggereert voor jongvolwassenen met autisme. In de controlegroep ervoeren vrouwelijke deelnemers meer negativiteit, wat enkel gerelateerd was aan autismekenmerken in de autismegroep. Tenslotte was toewijding en verantwoordelijkheid in beide groepen enkel gerelateerd aan dagbesteding, wat de centrale rol hiervan in identiteitsontwikkeling benadrukt.

Datum:1 okt 2015 →  1 okt 2019
Trefwoorden:autism, autism spectrum disorder, development, young adulthood
Disciplines:Orthopedagogiek en onderwijs voor specifieke onderwijsbehoeften, Biologische en fysiologische psychologie, Algemene psychologie, Andere psychologie en cognitieve wetenschappen
Project type:PhD project