< Terug naar vorige pagina

Project

ADHD en ASS in het hoger onderwijs: selecteren en implementeren van effectieve redelijke aanpassingen

Een toenemend aantal studenten met aandachtsdeficiëntie-/hyperactiviteitsstoornis (ADHD) of autismespectrumstoornis (ASS) stroomt door naar het hoger onderwijs. Specifieke functie- en participatieproblemen die deze studenten ervaren zijn het gevolg van een interactie tussen de individuele student en de omgeving en zorgen ervoor dat studenten met ADHD of ASS moeilijkheden ervaren gedurende hun schoolloopbaan. Om het negatieve effect van de omgeving van het hoger onderwijs te neutraliseren, kennen instellingen voor hoger onderwijs redelijke aanpassingen toe aan deze studenten. Ondanks deze inspanningen is het onderzoek over de effectiviteit van redelijke aanpassingen schaars en zijn er tot op heden geen richtlijnen over het selecteren en implementeren van redelijke aanpassingen.

De algemene doelstelling van dit proefschrift is het analyseren van de selectie en implementatie van redelijke aanpassingen voor studenten met ADHD of ASS. Deze algemene doelstelling is opgesplitst in twee onderzoeksdoelstellingen, namelijk (1) het identificeren van de functie- en participatieproblemen van studenten met ADHD of ASS in het hoger onderwijs; en (2) het selecteren en implementeren van effectieve redelijke aanpassingen. Verschillende onderzoeksmethoden werden gebruikt om deze doelstellingen te onderzoeken, namelijk literatuuronderzoek, kwalitatief onderzoek, vragenlijstonderzoek en experimenteel onderzoek. De resultaten van dit proefschrift tonen allereerst aan dat aandachtsproblemen en problemen met ineffectieve studievaardigheden het vaakst voorkomen voor studenten met ADHD. Studenten met ASS hebben het vaakst problemen met sociale interactie en communicatie, en moeilijkheden met ineffectieve studievaardigheden ervaren. Daarnaast is aangetoond dat deze problemen het meest voorkomen tijdens klassieke onderwijs- en evaluatiemethoden zoals een hoorcollege of een gesloten boek examen. Vervolgens toonde het onderzoek aan dat redelijke aanpassingen zoals langere examentijd en apart examenlokaal als effectief worden beschouwd door studenten met ADHD of ASS in het hoger onderwijs. Toch blijkt dat de meest toegekende redelijke aanpassing, namelijk langere examentijd, objectief ineffectief is voor studenten met ADHD, ASS en typisch ontwikkelende leeftijdsgenoten in een gesimuleerde examensituatie.

Er kan besloten worden dat dit proefschrift een trapsgewijze zorg in het onderwijs aanbeveelt. Allereerst zouden docenten de principes van het universeel ontwerp voor leren en testen moeten implementeren in het onderwijzen om zo een diverse populatie studenten van in het begin te includeren in het lesgebeuren. Een tweede stap is het selecteren en implementeren van effectieve redelijke aanpassingen die op maat zijn van de individuele studenten met ADHD of ASS in het hoger onderwijs. Als studenten met ADHD of ASS nog steeds specifieke functie- en participatieproblemen ondervinden, kan extra ondersteuning buiten de context van het hoger onderwijs aangewezen zijn. 

Datum:1 okt 2014 →  29 sep 2017
Trefwoorden:ADHD, ASD, Functioning and participation, Higher education, Reasonable accommodations, ICF framework
Disciplines:Orthopedagogiek en onderwijs voor specifieke onderwijsbehoeften
Project type:PhD project