Project
Beeldgebaseerde kwantificatie van stralingsgeïnduceerde longschade
De resultaten voorgesteld in deze thesis onderzoeken de associatie van een kwantitatieve longschade eindpunt (∆HU) met dosimetrie (sigmoidale afhankelijkheid), klinische variabelen, regionale locatie en een klinisch (verandering van) dyspneu eindpunt. Daarenboven kon de haalbaarheid aangetoond worden van een selectieve longschade vermijdende radiotherapie planningsworkflow, gebaseerd op de planning CT densiteiten en konden belangrijke aanbevelingen worden gemaakt om longschade en dyspneu te beperken. Dosis op het hart werd bevestigd als een mechanisme van longschade inductie, het volume effect (hoge V5 van beide longen samen) was geassocieerd zowel met dyspneu verslechtering als met het longschade risico, en dosis escalatie binnen een gerandomiseerd onderzoek (de Pet-boost studie) toonde geen onverwachte toename van de objectieve longschade scores. Het is interessant op te merken dat proton therapie een potentieel voordeel heeft wat betreft al deze dosimetrische features. Verfijning van ons longschade predictiemodel zou kunnen komen van verbeteringen wat betreft beeldvorming (routine 4DCT opname), reproduceerbare genetische merkers van stralingsgeïnduceerde toxiciteit en nieuwe kennis van de onderliggende biologische fenomenen (bijvoorbeeld via muizenstudies).