Romaanse Talen

De volgende focuspunten kunnen onderscheiden worden in het onderzoek van SROM: 1. Theoretische taalkunde: Onderzoek naar de Franse syntax en semantiek 2. Toegepaste taalkunde, psycho- en sociolinguïstiek: Onderzoek naar de verwerving en het aanleren van taal, de geschiedenis van taaldidactiek, theoretische en historische analyse van bronnen van didactische taalonderwijs (handleidingen) 3. Onderzoek naar de literatuurleer: Interesse in verschillende benaderingen van teksten (psychoanalyse, sociologie, stylistiek, semiotiek) en in de relaties met andere creatieve en artistieke vormen van expressie . Verder verder onderzoek naar de filosofische aspecten en op basis van literatuur. 4. Onderzoek naar de geschiedenis van de Franse en Italiaanse literatuur: Franse literatuur: voornamelijk de Verlichting, het einde van de negentiende eeuw en het begin van de twintigste eeuw, eigentijdse Franse poëzie (Y. Bonnefoy) met bijzondere belangstelling voor de Belgische auteurs (Verhaeren , De surrealisten, Michaux). Bijdrage aan de wetenschappelijke uitgaven van het werk van Vauvenargues, Prins de Ligne en Cocteau. Italiaanse literatuur: vroege negentiende en twintigste eeuw (Leopardi, Florentijnse Futurisme).