< Back to previous page

Publication

Het (anti)humanisme van de moderne architecturale ruimte - Michel Foucault par lui-même.

Journal Contribution - Journal Article

Calderons film 'Michel Foucault par lui-même' sleept je als het ware mee door een pas ontdekt Atlantis of door het Brüssel van François Schuiten en Benoît Peeters. Toch zijn het geen beelden van een onbekende beschaving, maar van de westerse wereld op het einde van de twintigste eeuw, op afstandelijke wijze verfilmd. De film start met een lange intrigerende beeldopname van publieke ruimtes. Inzoomend op de ruggen van mensen die een museum binnenstappen, volgt de camera een straat met bioscopen, hotels, cafés, rust- huizen. Een begeleidende stem vertelt op rustige toon dat dit de wereld van heterotopia is: de wereld van publieke en anonieme, neutrale ruimtes waarin mensen verblijven. In de film zal dit soort beelden telkens terugkomen, maar dan toegespitst op specifieke gebouwen als een psychiatrische instelling, een museum, een gerechtsgebouw, een paleis, een gevangenis. Deze gebouwen zijn de ware machten van de hier vertoonde beschaving; de menselijke wezens zijn slechts figuranten, ondergeschikt aan het architecturale gezag.
Calderons beeldende interpretatie van de menselijke wereld intrigeert en komt vervreemdend over. De langzame camerawendingen in publieke gebouwen, die op rituele wijze de traagheid en statigheid ervan imiteren, contrasteren met de eenentwintigste-eeuwse drukke wijze van leven. Is dit nu onze samenleving? De sociale interactie is hier verdwenen, de intimiteit, de vleselijke lichamelijkheid, de emotionele en onmiddellijke betrokken- heid die ons dagelijks leven kenmerkt. Afwezig ook is de haast in het leven, het almaar versnellende en (in)spannende ritme, samen met het obsessieve belang dat we aan al onze kleine daden hechten. Wat overblijft is de heerschappij van statige gebouwen die een mensenleven overtreffen en diens nietigheid accentueren.
Toch is dit soort interpretatie van de menselijke beschaving niet zo uitzonderlijk. Zij kadert in een visie op de moderniteit die ook aanwezig is in de antropologie en de archeologie, waar de noties van afstandelijkheid, objectiviteit en documentair onderzoek primeren. Calderons camera levert ons met dit 'Atlantis van de twintigste eeuw' een soortgelijke ervaring als rondlopen in de Akropolis of in Pompeï: we benaderen de menselijke beschaving als een museum. De indrukken die de architecturale construc- ties, muren, pilaren, gangen, hoge plafonds, achterlaten, primeren in elke interpretatie van de beschavingen die deze gebouwen hebben gecreëerd. De dagelijkse omgang met de wereld en het zijn tussen en met de dingen verdwijnt in de beschouwende en afstandelijke kijk door de lens van de architecturale grootsheid. Als toeschouwer ben je de buitenstaander die een archeologische vondst aanschouwt. De menselijke wezens die hier en daar opduiken tussen de gebouwen lijken de futiliteit en de bedrijvigheid te hebben van mieren. De film zou dan ook niet misstaan naast een documen- taire over de piramide van Gizeh.
De titel van de film geeft echter aan dat het hier niet zomaar gaat om een algemene moderne interpretatie van de hedendaagse menselijke beschaving. Calderon verbeeldt op eigenzinnige wijze Foucaults filosofische visie op de moderniteit. Facetten van Foucaults denken over ruimte en cultuur - onderdrukking, antihumanisme - zet hij om in langzame beelden van onpersoonlijke publieke ruimtes: de Foucaultiaanse heterotopia. Die beelden worden begeleid door geluidsfragmenten uit interviews met Foucault of door een voice-over die zijn teksten leest. Door die uitbeelding dringt zich inderdaad een nieuwe lezing van de mensheid op: een lezing waarin de protagonisten geen mensen zijn, maar gebouwen en ruimtes.
Met het prominent in beeld brengen van architecturale grootsheid kiest Calderon voor de heersende esthetiek van een westers beschavingsideaal. De macht van de architectuur mag dan controlerend zijn, zij zegt weinig over seksualiteit, over de hiërarchieën en discriminatie volgens gender, over het ontsnappen aan opgelegde categorieën in een erotische roes. Door te kiezen voor ruimtelijke beelden mist Calderon dit belangrijke en controversiële aspect van Foucaults visie.
Journal: yang
ISSN: 0775-2830
Volume: 11
Pages: 459-473
Publication year:2011
Keywords:Michel Foucault, Ruimte, film, humanisme